Al 45 jaar kleuren Robert-Jan Stips, Henk Hofstede en Rob Kloet buiten de lijntjes met hun, om er een of ander label op te plakken, art-pop. Dat ze het tegenwoordig moeten hebben van hun klassiekers is absoluut niet waar, want dat bewezen ze met hun album ‘Knot’, dat ze in De Roma in Antwerpen kwamen voorstellen.

Het podium was opgesteld van links naar rechts: Piano & synthesizer, gitaren & piano en percussie op een verhoog, want er lag een grote trom op een staander. In de achtergrond waren rijen van lichten opgehangen die bedekt waren met papieren oosterse parasollen.

De Nits kwamen rustig, onder een daverend applaus, het podium op en openende met ‘Home Before Dark’, gevolgd door ‘The Dream’. Al direct zat de stemming erin bij de band en het publiek keek en luisterde geboeid. Er werd gedreven gespeeld met veel intentie: Robert-Jan Stips boven zijn piano met zijn mond een beetje open, Rob Kloet met veel ritme achter zijn percussie en Henk Hofstede op gitaar zong zacht en zalvend. Het was fantastisch om te horen dat zijn stem niks veranderd was.

Stuk voor stuk schilderden ze een verhaal, een uitgebreide expositie over het de dingen die niet verteld worden, maar voor iedereen bij hun leven hoort. Simpele zaken zoals de grootmoeder die breit en breit in ‘Yellow Socks’ of de grootsheid van ‘The Delta Works’ die: “Wel het water tegenhouden maar niet de liefdesverdriet.” ‘Ultramarine’ ging over Monet en Bob Dylan, die in London op dezelfde plaats geleefd hebben: “Niet in dezelfde tijd, maar in een liedje kan dat wel.” ‘Dead red bal’ bracht dan weer James Ensor, Marvin Gay en Arno Hintjes samen in Oostende.

Kleine stevige tonen op de piano; kenners herkenden het… en van zodra de gitaar klonk was het duidelijk voor de rest van de zaal: ‘Nescio’. Dat werd lekker opgebouwd, met heel veel plezier gespeeld en stevig eindigde met een knal en een luid applaus, waarna ze direct de ze zaal stil kregen met ‘The House’, dat Robert-Jan prachtig ontroerend zong. Van het nieuwe album kwam het excentrieke ‘Music Box with Ballerina’ en eindigen de eerste set met een daverende ‘Cars & Cars’.

Na een pauze van kwartier werd de tweede set ingezet. Henk vertelde dat ‘The Secret Garden’ over de dood van zijn moeder ging. Er zat feedback op zijn microfoon, waarop hij direct gekscheerde dat het zijn moeder was, waarop het nog harder ging piepen! Dat was wel uitgesproken the Nits; nummers kunnen serieus zijn, maar er werd altijd met een luchtige ondertoon naar voren gebracht.

Nieuwer werk als ‘Lits-Jumeaux’ en ‘Machine Machine’ werd gebracht voordat men werd voorgeschoteld met een magistrale versie van ‘Sketches of Spain’, waarbij het publiek als tweede stem mocht fungeren. Kwam daarbij een briljant muzikaal middenstuk; waardoor het nummer buitencategorie werd.  Hier werd weer duidelijk hoe gedetailleerd het trio een situatie, sfeer kon omschrijven de intentie, de kracht was pakkend en voelbaar.

Elk nummer van ‘Knot’ werd voorgesteld met een uitleg, wat zeer prettig was en soms ook nodig, zoals bij het ultra korte nummer ‘Petite Allumette’. Een nummer over een lucifer in beton. Men zou zegg dat ze eindigen in stijl met ‘The Swimmer’, maar eigenlijk was het hele optreden in stijl; dus dit was het gepaste laatste nummer. Maar het publiek liet hun nog niet gaan.

Het eerste bis nummer ‘The Blue Car’ werd gevolgd door het mooie ‘Train’ en direct knalde men ‘In The Dutch Mountains’ eruit; waar de gehele zaal, inclusief het balkon recht ging staan en volle bak meezong. Het was fantastisch hoe men in principe geen verschil hoorde tussen nieuwe en oude nummers. Iemand die nooit The Nits gezien of gehoord had, zou het niet weten wanneer welke nummers geschreven zouden zijn. Alleen door de reactie van het publiek kon men de klassiekers eruit halen. Rob, Henk en Robert-Jan bewezen dat met simpliciteit grootste dingen kan doen! Geen kunst met een grote K, maar met een adellijke kleine ‘k’.

Deel: