Racoon? Dat is toch die band van ‘Feel Like Flying’, ‘Love You More’ en ‘My Town’? Inderdaad! Na 2 jaar stilte zijn ze terug (waarbij het laatst genoemde nummer ook de laatste single was). En hoe! Ze leveren een prachtig album af, genaamd ‘Liverpool Rain’. De melodieuze popliedjes hebben ze grotendeels achter zich gelaten en er is ruimte gemaakt voor een meer ‘singer-songwriter’ genre. Opgenomen in de Abbey Road studio’s te Londen en bijgestaan door het ‘London Chamber Orchestra’. Een droom die uitkwam voor de mannen. En dat is te horen. Een plaat die er klaar voor is om het grote publiek om te krijgen voor de ingetogen liederen van Racoon. Ze zijn terug!

We beginnen in chronologische volgorde: van buiten naar binnen. Het hoesje. Niet iedere artiest besteedt hier veel aandacht aan (vaak een logo, bandnaam of foto van iets), maar Racoon wilde het anders doen. Ze hebben zich laten inspireren door de Belgische schilder René Magritte. Hij schilderde ‘La Golconde’ en de band heeft een deel (legaal) overgenomen en zelf nog een toevoeging meegegeven. Liverpool Rain is gesierd met een gele huizenrij, waarvan ik denk dat dit de huizen van Liverpool zijn. De regen wordt voorgesteld door de zwevende mannen. Een erg mooie en vooral originele combinatie. Nu al geslaagd!

En dan nu de muziek. De opening (‘2014’) is prachtig en je hoort duidelijk de insteek van de band: de akoestische gitaar staat op de voorgrond en de stem van Bart van der Weide is weer kenmerkend aanwezig. Dit klinkt overigens negatiever dan dat het is. De afstemming van de instrumenten passen perfect bij de zang en de hele subtiele elektronische invloeden zijn erg goed door het geheel geweven. Tot zover de opening.

Wat volgt is de hitsingle ‘No Mercy’. Naar mijn zin behoeft deze geen verder uitleg. Mocht het tegenwoordig nog mogelijk zijn om een plaat letterlijk grijs te draaien, dan geldt dat in het geval van ‘No Mercy’. Het is echt zo’n nummer dat je ’s ochtends op de radio hoort en dat je ’s avonds bij het aanbreken van de nachtelijke rust nog helemaal uit je hoofd op kunt dreunen. Dat hebben ze weer goed voor elkaar.

We skippen wat nummers verder en mijn oor blijft rusten bij het horen van de eerste klanken van ‘Liverpool Rain’, de titelsong van het album. De piano, drums en gitaar passen als één geheel subliem bij elkaar, waarbij de stem van Bart het geheel afmaakt. Een heus ‘Racoon-liedje’, waarbij mijn hersenen weer op volle toeren draaien om hier een beeld bij te vormen. Eén blik op het hoesje zegt mij genoeg. Ik ziet het voor me: een willekeurige straat in Liverpool, de auto’s geparkeerd aan de zijden van de verlaten klinkerweg en de druppels die langzaam langs de ruiten naar beneden glijden. Dit benadrukt nogmaals stevig dat dit album uit één geheel bestaat, in plaats van bij elkaar geraapte nummers op een schijfje.

Het laatste nummer dat ik aan wil stippen is ‘Don’t Give Up The Fight’. Een prachtige opening van het orkest en de breekbare stem van Bart met de voortreffelijk gekozen zanglijn zorgen ervoor dat je helemaal in het verhaal gezogen wordt. Je wil ieder woord horen dat er gezongen wordt. Je wil het verhaal snappen. Je wil voelen wat Racoon voelt, bij het spelen van dit nummer. Het meest gevoelige nummer van ‘Liverpool Rain’. Met afstand.

Ik kan natuurlijk het gehele album uit gaan kleden, maar hier heb ik geen zin in en jij hebt daar geen behoefte aan. Ik geef maar één advies: ‘Liverpool Rain’ is een album dat gehoord moet worden. Het moet in ieder kast staan en in iedere cd-wisselaar zitten. Racoon is klaar om nogmaals het grote publiek kennis te laten maken met de prachtige muziek die ze maken. Het album krijgt bij mij in ieder geval een prominente plaats in de kast. Racoon is terug, gelukkig. (8/10) (Pias)

{slide=Racoon – No Mercy}http://www.youtube.com/watch?v=ZSlTweICgtI{/slide}

Deel: