Het debuutalbum ‘…a strange pale blue’ van Steven Lemon biedt een eigenaardige sonische ervaring die aanvoelt als een stap in een alternatief universum waar popconventies speels worden ontmanteld. De singer-songwriter uit New Jersey heeft een excentrieke collectie samengesteld die de satirische geest van Weird Al Yankovic kanaliseert en tegelijkertijd de experimentele vreemdheid van Frank Zappa omarmt, dit alles gefilterd door een minimalistische indie-lens.
Het sterke gebruik van Auto-Tune valt meteen op. In plaats van dit effect als een kruk te gebruiken, hanteert Lemon het als een doelbewust artistiek middel, waarmee hij een kunstmatige glans creëert die paradoxaal genoeg de menselijkheid onder zijn vreemde composities benadrukt. Zijn tekstuele landschappen zijn heerlijk onvoorspelbaar, springend van alledaagse onderwerpen als hotdogs naar kleurrijke beelden van regenboog sorbets, terwijl hij elders onverwachte uitstapjes maakt naar mierenverdelging en meditaties over groenten.
De sobere instrumentatie door het hele album heen creëert een intieme maar verontrustende sfeer. Anders dan Yankovic’s parodieën met volledige band, stripte Lemon alles terug tot de essentie, waardoor de bizarre tekstuele inhoud centraal komt te staan. ‘Parvin State Park’ en ‘Candyland’ zijn hiervan goede voorbeelden, met hun merkwaardige verhaallijnen rondom minimale muzikale kaders.
‘Scooter Skeleton’ komt naar voren als een verrassende uitblinker, met een pakkende melodie en speelse energie die perfect lijkt als themalied voor een moderne herstart van Scooby Doo. Ondertussen laat ‘This Old Man’ een onverwachte verfijning zien, die doet denken aan de gepolijste retro-soul stijl van Young Gun Silver Fox met zijn soepele productie en nostalgische sensibiliteit.
‘Lifeline’ staat als nog een hoogtepunt op het album, waarbij het experimentele wordt gecombineerd met vluchtige momenten van oprechte emotionele connectie. Ook ‘That Sinking Feeling’ toont Lemon’s vermogen om memorabele hooks te creëren, zelfs binnen zijn onconventionele aanpak.
Wat ‘…a strange pale blue’ zo lekker maakt, is Lemon’s toewijding aan zijn artistieke visie. Er is niets commercieel berekend aan dit debuut – het is uitdagend vreemd en zonder excuses authentiek. De veteraan uit de Zuid-Jersey muziekscene heeft duidelijk jaren besteed aan het ontwikkelen van deze onderscheidende sonische identiteit die put uit onwaarschijnlijke invloeden maar toch uniek zijn eigen blijft.
Voor degenen die openstaan voor muzikale verkenning, biedt ‘…a strange pale blue’ een verfrissend bizarre reis door de geest van een kunstenaar die niet gebonden is aan conventies. Lemon heeft iets waarlijk onderscheidends gecreëerd in een tijdperk van algoritmische gelijkvormigheid – inderdaad een bleekblauwe curiositeit, maar eentje die met elke luisterbeurt nieuwe lagen onthult.