Met zijn laatste album ‘Afrique Victime’ van vorig jaar zette de uit Niger afkomstige muzikant Mdou Moctar de standaard voor wat betreft wereldmuziek in het afgelopen jaar. Het album dat zelfs gedeeltelijk werd opgenomen in de Amsterdamse ‘ Electric Monkey’ studio van Kasper Frenkel giet heel clever de originele Desert Blues zoals we die kennen van Ali Farka Touré, of meer recenter, Tinariwen in een blender en maakt er een nieuwe versie van, die ook wel Desert Punk of Desert Rock wordt genoemd. Alles op 11 en scheuren maar. de Amerikaanse bassist en producer Mikey Coltun schaafde er net zo lang aan totdat de muziek voldoende salonfähig was gemaakt om uiteindelijk in heel veel huiskamers terecht te komen.

Sinds de release heeft Mdou Moctar eigenlijk alleen maar getourd, daar waar het door corona, mogelijk was, en nu was dan eindelijk de Effenaar in Eindhoven aan de beurt.
Het concert was al enige tijd van te voren uitverkocht en het toegestroomde publiek werd al voordat ze de zaal binnengingen gewaarschuwd door een omineus affiche dat aan de deur van de ingang hing waarop te lezen stond : ‘ Let Op : Luid Concert . Oordoppen verkrijgbaar aan de bar. ‘

Een Afrikaans kwartiertje te laat verscheen de bad op het podium, geen poespas, maar wel hoop gedoe voordat er kon worden afgetrapt. Gitaren stemmen, kabels rechtleggen, het moest allemaal nog even. De aftrap was het nummer ‘ Takamba’ , niet afkomstig van het ‘Afrique Victime’ album maar van het uit 2019 daterende ‘ Ilana’ . Met Takamba maakt Moctar een statement over zijn afkomst want de Takamba is een traditionele dans van de Songhai, uit de regio in de Sahara waar hij vandaan komt. Toch ben ik bang dat de dorpsoudsten in de Sahara zich een hoedje zouden schrikken als ze zouden horen hoe Moctar hun traditie aan de haren naar de eenentwintigste eeuw sleepte en met veel bravoure aan het Eindhovense publiek voerde. Wat een kracht, wat een energie, wat een power. De band liet er geen gras over groeien, en maakte meteen duidelijk dat de intentie was om Eindhoven te veroveren.

Heerlijk om te zien hoe deze band zich niets aantrok van muzikale etiquette of dikdoenerij. De band speelde honderd procent in dienst van de charismatische Mdou die, ook zonder ook maar een woord te zeggen het publiek om zijn vinger wist te winden.
Zelfverzekerd pikte hij zijn, meest vrouwelijke slachtoffers, uit het publiek om ze met een doordringende blik en een schalkse glimlach aan zijn fretboard te kluisteren. De man sprak vrijwel geen woord, maar zijn magische charisma en fenomenale gitaarspel trok het publiek als ware hij de rattenvanger van Hamelen.

In het tweede nummer ging de versnelling nog een tandje hoger en ontpopte Moctar zich tot een echte gitaargod. Onwillekeurig kwamen bij mij gedachten aan Jimi Hendrix & his band of Gypsies op. Wat een waanzinnig machtsvertoon. De band speelde als ware het een organisch geheel. Bassist en drummer waren niet met metronoom of klik track aan elkaar verbonden maar speelden samen op een hartslag zo leek het. Versnellen en vertragen wanneer het niemand uitkwam, maar de maestro gaf de lead. Muziekpuristen zouden gruwen af en toe, maar hier kwam de muziek tot leven, en zij die vermochten zich eraan over te geven genoten met volle teugen.

Na de eerste twee nummers viel er even een stilte op het podium, Mdou keek zijn mannen aan en je zag aan de gezichten dat ze het wisten. De Effenaar zou ten onder gaan onder deze wals van Sahel Punk.

Natuurlijk kwamen de bekende nummers voorbij ‘ Taliat’ , ;Chismiten’ en ‘ Afrique Victime’.

Moctar speelde ook een ‘ nieuw’ nummer. Op het enige moment dat zich verbaal tot het publiek richtte vertelde hij dat hij ‘ Les Funérailles de la Justice’ schreef uit onvrede met de situatie in de wereld op dit moment. Verbaal kon Mdou het niet zo goed uitleggen, maar de man liet zijn gitaar andermaal spreken. Met zijn verbazingwekkende ‘ eenvinger-techniek’ die in Europa elke gitaarleraar je zou afleren, toverde hij de hele avond de meest waanzinnige klanken uit zijn instrument. De bas knorde door op standje 11, dat de 15 inch speakers aan het einde van avond gescheurd waren en op apegapen in de kast hingen was gewoon legendarisch.

Het was heel lang geleden dat we zo’n intens concert mochten zien. De band speelde slechts een dikke 5 kwartier maar dat was meer dan voldoende om het publiek, tevreden, platgespeeld en moe gedanst huiswaarts te laten keren.

Foto’s (C) Mira van der Hagen

Deel: