Hij begon als bassist bij Sly & the Family Stone, nadat de beroemde bandleider hem opviel op jonge leeftijd in een concert met zijn moeder. Schopt het tot gewaardeerd bassist bij de New Power Generation van Prince, maar zijn beste werk is nog steeds dat als frontman van zijn eigen Graham Central Station. Larry Graham stond woensdagavond in de Effenaar in Eindhoven, in een tweedelige Nederlandse tournee die hem zaterdag nog in Paradiso brengt. De uitvinder van het slappen liet zien dat de 66-jarige in een tijd waarin bassisten als Mark King, Flea, Less Claypool en andere groten, er maar een meester is.

Zoals gebruikelijk komt Graham bij aanvang niet van achterop het podium binnen, maar stapt hij, als was hij een gewone bezoeker, de kleine zaal van de Effenaar binnen via de zaaldeuren, om al spelend het iets te laat begonnen optreden aan te vangen. De kleine zaal inderdaad, want om een of andere reden viel de kaartverkoop voor het optreden wat tegen. Vreemd, want we spreken hier over een gigant die de huidige muziek van een toon heeft voorzien die in bepaalde stijlen toonaangevend is geworden. Het lijkt de meester niet te deren en met een brede grijns bespeelt Graham de volle zaal van begin tot eind alsof het podium in de Effenaar te vergelijken is met het Anaheim Stadium in Los Angeles.

Het immer durende enthousiasme van Larry Graham, maar ook zijn band, is betoverend en jong en oud worden getrakteerd op een tweeënhalf uur durende show van funk en soul. Het spel van Graham is met geen andere bassist te vergelijken, geen andere grootheid danst en zingt de vele nummers met zo’n gemak tijdens een basspel dat het best omschreven kan worden als wild maar gecontroleerd. Graham behandeld zijn bass als was het een tennisracket, zo springt en rent de man over het podium, maar dat alles met zijn rechterduim zo strak op de snaren, dat je geen moment het gevoel hebt dat hij ook maar één aanslag mis zou hameren.

In een show die meer funk en show bevat dan een concert van James Brown laat Graham ook zijn achtergrondband niet ongemoeid. Niet zelden komt een solo voorbij van een van de geweldige bandleden en ook zangeres Biscuit krijgt een steeds grotere rol in de shows bij Larry. Niet onterecht, want de zangeres verdient zeer zeker een groter podium, getuige ook ditmaal met bijvoorbeeld die fantastische cover van Ann Peebles’ ‘I can’t stand the rain’, alsof het standaard van haarzelf was. Het was onderdeel van een lang middenstuk met verschillende covers van de hand van Graham en kornuiten. Niet alleen het van zijn laatste album ‘Raise Up’ afkomstige ‘Highter Ground’ van vriend Stevie Wonder, ook een flinke duit in het zakje kwam van een flink blok Sly & the Family Stone, maar ook een verrassende Carly Rea Jepsen’s ‘Good time’, hoewel het gelukkig vele malen beter was dan het magere optreden bij Giel Beelen in de ochtend op 3FM.

Goed, de covers waren een deel, gelukkig bracht Larry Graham ook zelf veel eigen werk. Oud werk, zoals het fantastische ‘The Jam’, hoewel velen nog lang vreesden dat de bassist het dit concert zou overslaan, kwam het heerlijke stuk aan het eind van het concert, en ook gelukkig wat nieuw werk, van ‘Raise Up’, hoewel daar best wat meer van gespeeld had mogen worden. Gelukkig maakte Mr. Graham van de titeltrack een waar kunstwerk en hij en zijn band verbaasden zich dan ook waarachtig dat een flink deel van de zaal de tekst reeds van begin tot eind kon meezingen. Het bewijst het gelijk van Larry Graham als tekstschrijver en muzikant. ‘Raise Up’ is dan ook een geweldig album, waar we veel te lang op hebben moeten wachten.

Legendarisch is het optreden voor de kleine zaal van de Effenaar te noemen, dat staat vast. Van de bassolo, waarbij Graham in de zaal op een neergezet opstapje komt bassen tot het tandenwerk aan het eind van het optreden, het vertrek met de drumline (waar GCS voorheen nog met de drumband de zaal betrad), maar ook de enorme interactie met het publiek. Nee, Graham kon in de coverserie geen ‘Gangnam style’ uit zijn bass toveren, hoewel de goedlachse man dubbel van het lachen lag toen de hit hem werd gevraagd vanuit de zaal. Ook de jongste bezoeker van het concert werd niet vergeten door Graham. Toen de jonge man gevraagd werd wie de beste artiest ter wereld was, antwoordde het meneke, waarschijnlijk net een tiener, resoluut: Michael Jackson. Larry Graham kon er goed mee lachen en hij was het waarschijnlijk niet eens zo oneens met de jongen, die hij in de toegift als eerste nog het podium op riep, alvorens ook de rest van de geïnteresseerden het podium op mochten om mee te dansen en springen met de meester.

Nota bene de Nederlandse ‘My Baby’, donderdagavond nog met Larry Graham te gast in DWDD, werd door Larry zelf ontdekt en werd in delen het podium opgeroepen even mee te zingen en bassen met de band. Larry gaf voor de gelegenheid zijn eigen bass, puur goud in de handen van een mindere god, af aan de bassist van de band, om vervolgens net als bij de zangeres en zanger van ‘My Baby’ te genieten van de jongere generatie. Het getuigd een liefde voor muziek bij Graham, een liefde die in een paar uur in een veel te kleine zaal in Eindhoven door de snaren van een wereldbassist richting het publiek gleed.

Deel: