De 26e editie van Culemborg Blues was een warm, zonnig en succesvol gebeuren. Om 14.00 uur werd het festival geopend door het 50-jarige Flavium dat nog steeds staat als een huis. 21 bands op 7 podia in allerlei bluesvormen zouden tot in de kleine uurtjes volgen.

Flavium-frontman Bert Vrieling leek geen last te hebben van de warmte, volledig in het zwart gekleed met een dik leren jack compleet met shawl zong hij zijn partijen zonder pijn en moeite.

Vertederend is altijd het Kids in the Blues-podium waar jonge muzikanten in groepsverband hun kunnen mogen laten zien en horen. Dat deden ze met groot enthousiasme.

Zoals we van Culemborg Blues gewend zijn was er natuurlijk weer veel gitaargeweld waar de Gary Moore tribute band-gitarist Marcel Coenen wel een flinke duit in het zakje deed. De bekende songs van Gary werden op een goede manier vertolkt door zanger Jan Willem Ketelaers en werden luidkeels met de armen omhoog door het publiek meegezongen. Een teken van herkenning is natuurlijk een groot deel van het succes.

Opvallend was in deze lichting wel de Belgische formatie Black Cat Biscuit. Alsof het een heel normale zaak was stonden de heren in de volle zon in hun driedelige kostuums hun kundige West Coast Swing & Shuffle te spelen. Het is te begrijpen dat deze band in de European Blues Challenge 2019 terecht zijn gekomen.

De tot veler verbazing als finalist in de Dutch Blues Challenge 2018 gekozen Hollands Blauw mocht als prijs een podiumplek bezetten op Culemborg Blues. Het blijft een vreemde eend in de Blues-bijt met hun, al dan niet grappig bedoelde, Nederlandse tekst op bekende melodieën.

Een mooie plaats op het hoofdpodium was weer voor de Juke Joints, al 35 jaar op het podium en voor de derde keer op Culemborg Blues. Op welk festival hebben ze inmiddels niet gestaan. Met in de zang-hoofdrol Peter Kempe, ook op drums en mandoline en boegbeeld Sonnyboy v.d. Broek op harmonica en accordeon bracht de band met haar enthousiasme het bluesfeest tot ongekende hoogte, iets dat van niet van iedere band gezegd kan worden.

Ook stonden er ook op enkele plaatsen binnen in café’s bands zoals Blue Moray, Sieben en van Bommel en Big Ritch and the Blacksmith Company zich in het zweet te werken.

Een speciale plek is het Tollensteghepodium waar jaarlijks kwalitatief goede bands geprogrammeerd worden. Dit jaar waren dat Copperhead County met hun Southern Rock, de immer swingende Mojo Hand en men kon niet om Festivalkraker Raw Medicine heen, ook al heeft hun muziek niet zoveel met blues te maken.

Resumerend, het was weer een geslaagde lichting, de discussie achteraf was erg groot wie nu de grootste, beste of meest smaakvolle guitarslinger van het festival was, Kirk Fletcher, Sean Webster, Marcel Coenen?

De smaakvolste was naar het idee van velen Stef Paglia en zijn trio waarbij het aan zijn vader opgedragen instrumentale stuk bij menigeen de tranen over de wangen deed lopen.

Foto’s (c) Tom Moerenhout / Maxazine

Deel: