Vandaag in 'Do you remember ….. ' ga ik weer eens terug naar de jaren '50, de jaren van de vetkuiven en de Rock 'n Roll. In de jaren '50 zijn veel legendarische artiesten gestart met hun carriére, waaronder Elvis Presley, Buddy Holly en nog veel meer. Vincent Eugene Craddock, zanger, gitarist en acteur, stond bekend als Rock and Roll pionier en was berucht vanwege zijn rebellie. Deze keer in 'Do you remember ….. Gene Vincent'.

Vincent Eugene Craddock (11 Februari 1935 – 12 oktober 1971) – beter bekend als Gene Vincent – was een Amerikaanse artiest en stond bekend als pionier van de Rock and Roll en de Rockabilly. Zijn top tien hit welke hij had samen met zijn band Blue Caps, getiteld 'Be-Bop-A-Lula' wordt beschouwd als een van de eerste belangrijke voorbeelden van de Rockabilly.

{slide=Gene Vincent – 'Be-Bop-A-Lula'}http://www.youtube.com/watch?v=yFupGBdMqa4{/slide}

Vincent Eugene Craddock is geboren in Norfolk, Virginia op 11 februari 1935. De eerste muzikale invloeden die hij had kwamen uit de Country, Rhythm and Blues en de Gospel muziek. Vincent ttond voor het eerst interesse in de muziek toen hij samen met zijn familie in Munden Point (Cal) woonde. Als 12-jarige kreeg hij van een vriend zijn eerste gitaar. Zijn jeugd door te hebben gebracht in Norfolk, besloot Vincent carriére te gaan maken als matroos. Als 17-jarige verliet hij zijn school en schreef zich in 1952 in bij de Amerikaanse marine. Zijn ouders tekenden de inschrijfformulieren en gaven hem toestemming om bij de marine te gaan. Hij doorstond de opleiding en voegde zich bij de vloot als bemanningslid van de USS Chukawan. Vincent bewees een goede matroos te zijn, maar ontwikkelde aan de wal de reputatie van onruststoker.

{slide=Gene Vincent – 'Blue Jean Bop'}http://www.youtube.com/watch?v=qVWmn3aCUao{/slide}

Vincent kwam nooit aan het front, maar completeerde wel een uitzending naar de oorlog in Korea. Hij keerde vanuit de Koreaanse wateren terug met de USS Wisconsin, maar maakte geen deel uit van de bemanning. Hij had het plan om een lange carriére te hebben in het Amerikaanse leger, en kocht in 1955 van zijn terugkeerbonus van $612 dollar een nieuwe Triumph motorfiets. In juli 1955 raakte hij in Norfolk betrokken bij een ernstig motorongeluk waarbij zijn linkerbeen nagenoeg verpletterd werd. Hij weigerde een amputatie, het been kon ternauwernood gered worden maar hij hield er wel een mank been aan over en chronische pijnen voor de rest van zijn leven.

{slide=Gene Vincent – 'You Win Again'}http://www.youtube.com/watch?v=q_a7wMktjA4{/slide}

Verhalen over hoe het ongeluk heeft kunnen gebeuren vertellen dat hij aangereden zou zijn door een dronken man of vrouw, en sommige vertellen dat hij zelf dronken op zijn motorfiets zat. Jaren later verschenen er biografiën over hem waarin er niets gezegd wordt over het ongeluk, maar dat zijn mank been komt omdat hij gewond zou zijn graakt in de Koreaanse oorlog. Hij verbleef een tijdje in het Portsmouth Naval Hospital en werd kort daarna om medische redenen uit de marine ontslagen.

 

 

{slide=Gene Vincent – 'Baby Blue'}http://www.youtube.com/watch?v=OyNbwdONLqw{/slide}

Vincent kwam voor het eerst in aanraking met de muziek via de Norfolkse muziekscene. Hij veranderde zijn naam van Vincent Eugene Craddock naar Gene Vincent en richte een Rockabilly band op genaamd de Blue Caps. De band bestond uit: Willie Williams (gitaar), Jack Neal (contrabas), Dickie Harrell (drums) en de innovatieve en invloedrijke gitarist Cliff Gallup. Gene en zijn band heetten "Gene Vincent and His Blue Caps", niet "… the Blue Caps" zoals vaak vernoemd. Gene Vincent and His Blue Caps creëerden al snel een reputatie als een band welke in talloze country-bars optrad  in zijn woonplaats Norfolk. Een lokaal radiostation organiseerde een talentenjacht waarbij ze de eerste plaats wonnen. DJ "Sheriff Tex" Davis – van het bewuste radiostation –  werd later hun manager.

{slide=Gene Vincent – 'Spaceship to Mars'}http://www.youtube.com/watch?v=LkELMs2YrWo{/slide}

In 1956 schreef Vincent het nummer 'Be-Bop-A-Lula', nummer 102 in Rolling Stone magazine's "500 Greatest Rock and Roll Songs of All Time" lijst. DJ "Sheriff Tex" Davis zorgde ervoor dat er een demo gemaakt werd en verzekerde hem hiermee een contract bij Capitol Records. 'Be-Bop-A-Lula' stond niet op Gene Vincent's debuutalbum en door Capitol producer Ken Nelson gekozen als b-kant voor Vincent's eerste single. Vóór de release van de single liet Lowery promotie singles persen van 'Be-Bop-A-Lula' en stuurde ze naar radiostations in het hele land. Toen Capitol eenmaal besloten had om 'Be-Bop-A-Lula' als single uit te brengen had het nummer al de aandacht getrokken van het publiek en de radio DJ's.

{slide=Gene Vincent – 'Race with the Devil'}http://www.youtube.com/watch?v=E3gxQ1tetAQ{/slide}

Het nummer werd door diverse radiostations opgepikt (de originele a-kant negerend) en het werd een enorme hit waardoor Gene Vincent werd gebombardeerd tot Rock and Roll ster. Na dat 'Be-Bop-A-Lula' een hit werd met een 7e plaats en 20 weken lang in de  Billboard Pop Chart gestaan te hebben, lukt het Vincent en zijn band niet om een opvolger te genereren met hetzelfde commerciële succes, nummers als 'Race With The Devil' en 'Bluejean Bop' deden het matig. Datzelfde jaar wers Vincent regelmatig veroordeeld wegens openbaar obsceen gedrag en kreeg een boete van $10,000 door de staat vanwege een live uitvoering van het erotische nummer 'Woman Love'. Hedentendage geloofd men dat dit verhaal een gerucht was, gestart door zijn manager.

{slide=Gene Vincent – 'Woman Love'}http://www.youtube.com/watch?v=lLYPxSG-_hs{/slide}

In 1957 verliet Cliff Gallup de band en Johnny Meeks werd de nieuwe gitarist voor The Blue Caps. Met 'Lotta Lovin' had de band datzelfde jaar nog een grote hit . Gene Vincent behaalde met 'Be-Bop-A-Lula' diverse gouden platen voor de verkoop van 2 miljoen stuks en 1,5 miljoen stuks van 'Lotta Lovin'. Hetzelfde jaar tourde de band samen met Little Richard en  Eddie Cochran langs de kust van Australië en lokten ruim 72.000 bezoekers naar de stadion concerten aldaar. Ook maakte Gene zijn opwachting op het witte doek in de film 'The Girl Can't Help It with' met Mansfield. De single 'Dance to the Bop" kwam eind 1957 uit op het Capitol Records label, een maand later stonden ze met het nummer in de Ed Sullivan Show.

{slide=Gene Vincent – 'Lotta Lovin'}http://www.youtube.com/watch?v=bMszuprHtoY{/slide}

Het nummer piekte op de 23e plek in de hitlijsten en verbleef er 9 weken. Het zou Vincent's laatste Amerikaanse hitsingle worden. Een geschil met de Amerikaanse belastingdienst en de Amerikaanse bond voor musici over betalingen aan zijn band en de verkoop van de instrumenten om een belastingaanslag te kunnen betalen leidde ertoe dat hij Amerika verliet en zijn geluk in Europa ging zoeken. Op 15 december 1959 verscheen hij tijdens Jack Good's TV show 'Boy Meets Girl', zijn eerste Britse tv optreden. Na dit optreden ging hij op tournee door respectivelijk Frankrijk, Nederland, Duitsland en de U.K. Op 16 april 1960, tijdens een tournee door de U.K., Vincent, Eddie Cochran, en tekstschrijver Sharon Sheeley raakten ze betrokken bij een auto-ongeval in Chippenham, Wiltshire. Vincent brak zijn ribben en sleutelbeen en liep nog meer letsel op aan zijn zwakke linker been. Sheeley liep een gebroken heup op en Eddie Cochran, wie tijdens de knal uit de auto werd geslingerd, liep zwaar hersenletsel op en stierf de dag erna. Na dit ongeval keerde Vincent terug naar de V.S. 

{slide=Gene Vincent – 'Summertime'}http://www.youtube.com/watch?v=Z4x9bnkvKUU{/slide}

Vincent's pogingen om zijn Amerikaanse carriëre nieuw leven in te blazen in de Rock en Country Rock genres bleken niet succesvol. Gene Vincent wordt hedentendage herinnerd voor zijn opnames uit de 1950s en vroege 1960s welke uitkwamen op het Capitol Records label. Ook bracht hij op het EMI's Columbia label (het British label, niet de U.S. CBS/Columbia) uit, inclusief een cover van Arthur Alexander's 'Where Have You Been All My Life'. Tijdens deze periode werd hij bijgestaan door een nieuwe band, The Shouts. In 1966 en 1967, terug in de V.S, releaste hij nummers via Challenge Records. Op deze nummers werd hij bijgestaan door ex-bandleden van The Champs en Glen Campbell.

{slide=Gene Vincent – 'Say Mama'}http://www.youtube.com/watch?v=z4TotYvgg9g{/slide}

Challenge releaste een single in de V.S. en in de U.K twee singles, en verzamelde in 1967 alle opnames op een LP. Ookal werden de nummers door de critici goed ontvangen, verkochten ze niet goed. In 1969 nam Vincent het album 'I'm Back and I'm Proud' op John Peel's Dandelion label, wat geproduceerd is door Kim Fowley met arrangementen van The Byrds' Skip Battin backing vocals gezongen door Linda Ronstadt. Later nam hij nog twee albums op op het Kama Sutra label, in 2008 werden ze opnieuw uitgebracht op één cd door Rev-Ola.

{slide=Gene Vincent – 'Lavender Blue'}http://www.youtube.com/watch?v=DZgNO33Bk_Y{/slide}

Tijdens zijn laatste tournee door de U.K. werd Vincent bijgestaan door The Wild Angels, een Britse band welke voorheen al had samengewerkt met Bill Haley & His Comets en Duane Eddy tijdens concerten in de Royal Albert Hall. Vanwege druk opgelegd door zijn ex-vrouw, de Inland Revenue en promotor Don Arden, moest hij snel terugkeren naar de V.S. Zijn laatste opnames in de V.S. waren op het Rolling Rock label van Rockin' Ronny Weiser, een paar weken voor zijn dood. Later werden deze nummers uitgebracht op een compilatie-album vol met tribute songs, inclusief een versie van 'Say Mama', gezongen door zijn dochter Melody Jean Vincent (met Johnny Meeks op gitaar). Later nam hij in 1971 in de U.K. nog eens vier nummers op – bekend als 'The Last Session'.

{slide=Gene Vincent – 'Be-Bop-A-Lula' Live}http://www.youtube.com/watch?v=QACRzweBLMQ{/slide}

Op 12 oktober 1971 overleed Gene Vincent toen hij bij zijn vader in Californië op bezoek was aan de gevolgen van een gescheurde maagzweer. Gene Vincent ligt begraven in het Eternal Valley Memorial Park, te Newhall, Californië. Hij was de eerste wie geïntroduceerd werd in de Rockabilly Hall of Fame toen deze in 1997 werd opgericht. Het jaar erop werd Gene Vincent geïntroduceerd in de Rock and Roll Hall of Fame. Hij heeft een ster op de beroemde Hollywood Walk of Fame op 1749 N. Vine Street. In 2012, werd zijn band de Blue Caps door een speciaal comitee met terugwerkende kracht ook geïntroduceerd in de Rock and Roll Hall of Fame. Verschillende grote popartiesten hebben nummers opgenomen van Vincent, onder andere Paul McCartney, John Lennon, Dave Edmunds, Jeff Beck en The Fall.

Deel: