altVanwege het aantal hits dat de band gehad zou je ze gelijk in de categorie “eendagsvliegen” kunnen plaatsen, ondanks dat ze al bestaan sinds eind jaren ’70 en momenteel nog steeds succesvol touren. In Nederland hebben ze maar één hit gehad, en wat voor een! Het nummer ‘Garden Party’, zet het maar op en je herkent de funky geluiden meteen. Deze week in ‘Do you remember ….. Mezzoforte.

De IJslandse band Mezzoforte is in 1977 opgericht door Eythor Gunnarsson, Fridrik Karlsson, Johann Asmundsson en Gulli Briem. In het begin speelden ze muziek van artiesten zoals Weather Report, Al DiMeola, Chick Corea, George Duke en Earth, Wind & Fire. Toen ze een platencontract aangeboden kregen bij Steinar Records begonnen ze hun eigen nummers te schrijven en in 1979 verscheen hun debuutalbum, getiteld ‘Mezzoforte’. In de twee opvolgende jaren gaven ze diverse optredens in IJsland en brachten ze nog twee albums uit, te weten: ‘Í Hakanum’ (1980 IJsland) en ‘Þvílíkt og annad eins’ (1981 Londen). In 1982 werd saxofoniste Kristinn Svavarsson aan de band toegevoegd.

Dat zelfde jaar brachten ze in Engeland de single ‘Dreamland/Shooting Star’ uit en wekten ze de interesse van de Engelse club scene. Na wederom een samenwerking gestart te zijn met producer Geoff Calver namen ze hun vierde album; ‘Surprise Surprise’ op. Kort na de release van dit album begon het nummer ‘Garden Party’ wereldwijd de hitlijsten te bestormen. Het werd in diverse landen een enorme hit en er kwam veel vraag naar Mezzoforte. In de zomer van 1983 verhuisden ze naar Engeland en gaven daar gelijk een tour met 47 concerten in 49 dagen. Tussendoor vonden ze ook nog even de tijd om de single ‘Rockall’ uit te brengen en een start te maken aan het album ‘Observations’. Ondanks hun drukke schema slaagden ze erin om dit album binnen twee maanden af te krijgen. Na de release van ‘Observations’ startten ze een grote tournee met meer dan 150 concerten binnen één jaar welke ze door Europa en naar Japan bracht. Tijdens deze tournee deden ze ook diverse festivals aan zoals het North Sea festival in Nederland en het Montreux festival in Zwitserland.

In 1985 besloot Kristinn Svavarsson om de band te verlaten vanwege de uitputtende tourschema’s. Mezzoforte ging verder als kwartet en startten de opnames van het album ‘Rising’, wederom geproduceerd door Geoff Calver. Ondanks dat ze het zo enorm druk hadden met hun concerten in Europa gingen ze terug naar IJsland. De Deense saxofonist Niels Macholm en de Nederlandse drummer Jeroen De Rijk voegden zich bij de band tijdens hun concerten. Tijdens een tour door Spanje gaven ze in Barcelona een openluchtconcert voor een geschatte 150.000 bezoekers. Hun zevende studio album, getiteld ‘No limits’ kwam in 1986 uit. Mezzoforte startte de bouw van hun eigen opnamestudio in Ijsland en een deal met BMG verzekerde hun van de distributie van hun muziek in de USA.

Genietend van de luxe van hun eigen studio zijn ze een lange tijd bezig met het co-produceren van twee tracks samen met de Noren Rolf Graf en Svein Dag Hauge zes tracks met de Amerikaanse “synth programming wizard” Eric Persing. Na de basis tracks opgenomen te hebben in IJsland vlogen ze naar Los Angeles om door Ernie Watts en Steve Tavaglione de saxofoon partij toe te laten voegen, The Seawind Horns speelden op drie van de tracks en Efrain Toro verzorgde wat drumwerk. Het album werd gemixt door de half IJslander Eric Zobler (best bekend door zijn werk met George Duke) in Mama Joe’s Studios in L.A.

Na twee jaar continue werken, werd ‘Playing for Time’ eindelijk gereleased in 1989. Het album was goed, maar de verkoopcijfers in de USA waren niet wat ze ervan verwacht hadden. Na een Europese tour en wat re-recordings voor een compilatiealbum (Fortissimos released in 1991), besloot de band een break in te lassen om aan andere projecten te werken. Het duurde tot 1993 eer ze weer de studio ingingen. In datzelfde jaar werden ze uitgenodigd op op te treden tijdens Jazz Festivals in Indonesië en Maleisië. In die periode had de Noorse saxofonist Kåre Kolve zich bij de band gevoegd. Direkt na de tour gingen ze naar de PUK Recording Studio in Denemarken vóór ze teruggingen naar IJsland. Het album ‘Daybreak’ wat een eigen produktie was kwam uit in 1994 met ‘live’ opnames en wat toegevoegde musici en band tourde in Noorwegen en Azië.

In Januari 1995 namen ze voor het eerst weer wat nieuw materiaal op met een nieuwe saxofonist, Oskar Gudjonsson geheten. Het resultaat, ‘Monkey Fields’, kwam uit in 1996. Ze traden op in Estonia, Letland, Lithuania, Rusland en Bulgarije, en verzorgeden voor de derde keer een optreden tijdens het JakJazz festival in Indonesië. In 1997 tourden ze door Noorwegen, Moskou en speeldens tijdens het ‘Skandeborg Festival’ in Denemarken. 1998 was een rustig jaar, een paar optredens in Moskou en Oslo waren hun enige formele activiteiten. In 1999 brachten ze het album ‘Garden Party time’ (een “The Best Of”) uit. In mei/juni 2002 kwamen ze weer smane voor een zeer succesvolle tournee door Scandinavië met op de gitaar de Zweeds/Noorse William-Olsson ter vervanging van Fridrik Karlsson, die andere bezigheden had. In November 2002 voegde Dave O’Higgins zich toe bij de band voor een tournee door Duitsland en Denemarken. In 2004 kwam het studio album ‘Forward Motion’ uit, in 2007 het live album ‘Live In Reykjavik’ en ‘The Anniversary Edition’. In 2010 kwam ‘Volcanic’ uit, dit was hun laatste studioalbum tot nu toe. Anno 2011 tourt de band nog regelmatig en met veel succes.

 

Deel: