Eivør heeft al een lange carrière. Vanuit de traditionele folk van haar geboortestreek naar wereldwijde creatieve experimenten en ontdekkingen. Filmmuziek, symphonieën, soundtracks voor videogames en natuurlijk haar nieuwe plaat ‘Enn’ zullen haar dit jaar weer over de hele wereld gaan brengen. “Creatieve vrijheid staat voor mij voorop.”

Eivør Pálsdóttir (1983) verschijnt op het laptopscherm, ergens in het Deense Kopenhagen. Voor wat al snel zou blijken, een heel open en geanimeerd gesprek. “Ik woon hier inderdaad een deel van het jaar.  De rest van de tijd woon ik nog steeds in de Faeröer. Mijn geboortegrond kan ik toch niet missen.” Eivør speelt tegenwoordig wereldwijd in de grootste zalen. Haar imposante carrière begon echter in een klein dorp op de Faeröer, een eilandengroep die dobbert tussen Noorwegen en IJsland. Eén en al ruige natuur met zo’n 20.000 inwoners, en met drie keer zoveel schapen…

“Ik wist al van jongs af aan dat ik zangeres wilde worden. In  de  cultuur van de eilanden is muziek heel belangrijk, en zeker ook de zang. De oude, traditionele volksmuziek heeft onze taal door de eeuwen heen levend gehouden. Ook mijn ouders zongen veel. Het waren dan geen echte muzikanten, maar ik had wel hun passie meegekregen.” En met net zo  veel passie vertelt ze nu haar levensverhaal. “Op mijn dertiende ontmoette ik enkele muzikanten. Ze waren wel veel ouder, maar ach. Ik vond het geweldig en begon in diverse bands te spelen. En werd zelfs lead singer in Clickhaze, in die tijd een vrij bekende rockband op de eilanden. Maar ik zat bijvoorbeeld ook in een jazzband. Ik probeerde gewoon zoveel mogelijk te spelen, om mijn droom waar te maken: muzikant worden.” En lachend: “Iedereen dacht dat ik gek was geworden. Maar ik wist precies wat ik wilde.” Maar in de kleine gemeenschap van de Faeröer waren er nauwelijks mogelijkheden voor muziekstudies of -lessen. “En waar mijn vrienden naar high school gingen en misschien naar Kopenhagen, ging ik juist naar Reykjavik om klassieke zang te studeren. In mijn eentje, naar een plek waar ik nog niemand kende. Maar die meteen zoveel creativiteit en vriendschap uitstraalde. Daarom kom ik er nog steeds regelmatig, met heel veel plezier. Drie dagen geleden heb ik er nog een video opgenomen…”

Nog voordat ze vertrok naar Reykjavik, bracht ze in 2000 haar debuutalbum uit, ‘Eivør Pálsdóttir’, nog geen zeventien jaar oud. “Ik schreef de meeste nummers zelf. Maar was daarbij ook heel nieuwsgierig naar mijn roots, de volksmuziek van de Faeröer. Daar waren toen nog niet echt platen van, maar de liederen werden van mond tot mond doorgegeven. Ik heb de oudere mensen overal op de eilanden opgezocht om de songs zelf ook te leren. En ik heb ze ook op plaat gezet.”

Haar eerste platen kwamen duidelijk uit die folktraditie en werden zeer gewaardeerd door publiek en pers. Zo won ze met haar tweede album ‘Krákan’ (2003), de Icelandic Music Rewards, voor zowel beste zangeres als performer, iets wat tot dan alleen was voorbehouden aan ‘echte’ IJslandse artiesten. Bij haar zesde album ‘Larva’ (2010) verschoof de muzikale focus naar een meer experimentele, elektronische muziekstijl. “Ik zie die periode echt als een keerpunt in mijn leven.  Ik had heel lang folk gespeeld en gemaakt, en had het gemixt met jazz en andere stijlen. Het was echt een deel van mijn leven geworden. Maar ik voelde ook dat het klaar was. Het was goed zo. Ik wilde als muzikant en artiest juist nieuwe deuren openen. Mezelf opnieuw creatief uitdagen. Ik had al wat ervaring in bands die rock en electro speelden.  En wilde die kant van mij meer gaan uitdiepen.”

Voor Eivør zelf ging er een wereld open van nieuwe mogelijkheden. “Mijn muziek is wel veranderd, maar ik zelf niet. Ik heb me alleen verder ontwikkeld. Het klinkt cliché, maar die overweldigende natuur inspireert mij nog steeds. Het heeft zo veel contrasten, van lief en zacht tot wild en gevaarlijk. Ik gebruik ze nog altijd als een metafoor in mijn muziek. Als ik schrijf over de natuur, dan schrijf ik ook over de mens, begrijp je? En over de uitdaging waar we voor staan met de aarde: vervuiling, klimaatverandering. Maar ook de hoop die er gelukkig nog is. Daarover gaan ook de nummers op mijn nieuwe album ‘Enn’ dat in juni verschijnt.” ‘Enn’ betekent ‘stil’ en zal haar tiende studioalbum worden. De opvolger van ‘Segl’ (‘Zeil’) , uit 2020, waarover ze ooit zelf zei: “You have to hoist your own sail, but you cannot control the wind.”

“‘Enn’ zal mijn meest experimentele album worden. Ik heb in IJsland vijf jaar opera zang gestudeerd. Dat heb ik nu ook ingebracht. En de songs hebben een meer cinematische structuur, vind ik. Dat komt ook doordat ik de laatste acht jaar veel filmmuziek heb gedaan.” En ze was af toe ook zelf actrice op de set. “En al die ervaringen gebruik ik dan weer. “Voor mij is muziek het schrijven van songs die je uitnodigen om in een bepaald gevoel, een bepaalde stemming te komen. In de teksten laat ik het nog vrij open, maar terwijl ik schrijf heb ik wel de grote levensvragen in gedachten. Waarom zijn we hier? Hoe kan ik omgaan met de wereld om mij heen? Het is allemaal zo overweldigend.”

Eivør Pálsdóttir is zichtbaar trots. “Ja, trots dat mijn muziek echt van mij is, bij mij hoort. Ik pas niet in een hokje. En dat is niet erg. Verandering en ontwikkeling zijn zo natuurlijk en belangrijk voor een artiest, en eigenlijk voor de hele wereld. Dit nieuwe album was echt een speciale ervaring voor mij. Het was helemaal niet gepland. Ik componeerde gewoon nieuwe muziek. Muziek die ik zelf wilde maken én horen. Zo blijf je als artiest eerlijk tegenover jezelf. Ik heb natuurlijk met verschillende labels gewerkt, maar de laatste jaren breng ik mijn muziek graag zelf uit. Creatieve vrijheid staat voor mij voorop.”

Een vrijheid die tot een hoogtepunt komt tijdens haar live optredens. “‘Live? That’s where the magic happens!’ Op dat moment, op die plek… daar gebeurt het. De muziek, de band, het publiek. Het is uniek en komt nooit meer terug. ‘It’s where the song finds its home’.  Daar kom ik het dichtst bij echte vrijheid.” In haar nieuwe tournee zal ze in het najaar onder meer Utrecht, Keulen en Brussel aandoen. “Met een full band zal ik natuurlijk uit de nieuwe plaat gaan spelen, maar er zullen nummers uit mijn hele carrière langskomen.” Waarbij zeker ook ‘Trøllabundin’ aan bod zal komen, haar meest populaire track. Inclusief haar indrukwekkende keelzang (throat singing) en de sjamanen drum, die zo beeldbepalend voor haar zijn geworden.

Naast de ‘Enn’ concerten staan nog enkele optredens op haar drukke programma. Zoals duo concerten met HEILUNG en Ville Vajo, in venues als Red Rocks en Royal Albert Hall, maar ook symfonieconcerten in ‘haar’ Kopenhagen. “Ik heb de laatste jaren veel zijprojecten. Ik doe veel filmmuziek. Dat zijn die grote,  meer symfonische concerten.” Daarnaast heeft ze meegespeeld in de soundtrack van videogames als ‘God of War Ragnarök’ en Netflix series. “Al die dingen inspireren me ook weer. ‘Life is life and it’s short’. Ik leef vooral dag voor dag, maar ben altijd bezig met het creëren van iets nieuws. En als ik het ene af heb, en denk dat ik klaar ben, dan kruipt er wel weer iets nieuws mijn hoofd binnen. ‘O, there’s more, there’s more’. Ik voel dat mijn leven te kort zal zijn om alles te ontdekken en te doen. Dus in die korte tijd wil ik zo actief zijn als maar mogelijk is.”

Eivør: Vanuit de Faeröer eilanden strekt zich een hele wereld uit.

Foto’s (c): Sigga Ella

 

Deel: