De Zwarte Cross, dat is crossmotoren, die door zand en modder ploegen, Normaal en Jovink, mannen, friet, bier en høken. Absoluut! Maar de Zwarte Cross is veel meer dan dat. De Zwarte Cross is ook theater, restaurant ‘le Carburateur’, waar chef-koks Rik Jansma van restaurant Basiliek (met een Michelinster!) en Erik de Mönnik van De Swarte Ruijter koken met streekproducten, en de Universitent, waar professor Dave Blank van de Universiteit Twente samen met collega’s lezingen geeft. De Zwarte Cross is met meer dan 150.000 bezoekers over het weekend, ruim 150 bands en 1000 theaterartiesten op 25 podia ook een van de grootste muziekfestivals in Nederland. Maar de Zwarte Cross is toch vooral een plaatselijk feestje, waar gezinnen een dagje uit zijn en kameraden een weekend plezier maken.

De Zwarte Cross begon 16 jaar geleden, toen Hendrik Jan Lovink en Gijs Jolink (oprichters van de band Jovink) een cross organiseerden in een weiland in de buurt van Hummelo. Tante Riekie verkocht friet aan de 1000 bezoekers en Jovink gaf ’s avonds een concert in een gehuurde feesttent. Het inmiddels meerdaagse evenement verwelkomde dit weekend haar miljoenste bezoeker en is uitgegroeid tot een van de grootste en leukste muziekfestivals van Nederland en het grootste crossfestival van Europa. De kracht van het festival schuilt in de grote diversiteit en de gemoedelijkheid.

De diversiteit komt het beste tot uiting in de verschillende muziekpodia die het festival heeft. Het Aardschokpodium maakt bijvoorbeeld sinds 2008 deel uit van het festival. Het trekt een eigen schare trouwe hardrock- en metalfans, en vormt een soort klein festivalletje binnen het festival met een sterke internationale programmering. Op zaterdag spelen ondermeer de Amerikaanse oudgedienden Dog Eat Dog voor de tweede keer op de Zwarte Cross met een sterke set crossover van rap, punk en metal. De Britse Heavy Metalband Hell geeft met zanger David Bower als zwarte messias een geweldig spektakel. Later op de middag speelt Duitse metal-dame Doro met haar band de metalweide plat. Ook biedt het festival veel ruimte voor locale en regionale bands. Zo maakt ’s middags BZB in een volle Megatent een enorm feest met nummers als ‘Jazzballet is vet’ (“Wie zit er te wachten op de Olympische spelen?” vraagt zanger Fred van Dijk) en ‘Morgen heb ik spijt’. Later die avond doen de Nijmeegse Memphis Maniacs het feest dubbel over met een anderhalf uur durende medley van rock- en popklassiekers, luidkeels meegezongen door een uitzinnige menigte met een biertje op en goede zin. Dat doen de Kaiser Chiefs, de afsluiter op het hoofdpodium, ze niet na met een show die niet erg wil vlotten en op een paar hits na, het publiek niet echt kan grijpen.

Zondag opent Normaal het hoofdpodium voor een afgeladen veld enthousiaste fans, waarvan velen direct na het concert de crossbaan weer opzoeken. Als even later de Amsterdam Faya Allstars een sterk optreden met ska-klassiekers geeft op de rustige, maar gezellige reggaeweide, vraagt zanger Remco Korporaal zich af waar iedereen gebleven is. Dat geldt zeker niet voor Racoon, die in het zonnetje een perfect festivalmiddag concert geeft op het hoofdpodium en een uurtje later Beth Hart, die met haar diepe bluesstem en sterke begeleidingsband goed aansluit op de smaak van het festivalpubliek. Op de Bayou Porch spelen de North Mississippi Allstars op de late zondagmiddag in een intieme en persoonlijke setting hun aanstekelijke Southern rock. Broers Luther (eerder gitarist bij the Black Crowes) en drummer Cody Dickinson laten zien dat ze ook elkaars instrumenten beheersen en maken uitstapjes naar Diddley Bow en elektronisch washboard. Het publiek vraagt een toegift en krijgt deze ook.

Ondertussen krijgt op de metalweide het publiek van de inmiddels voor de vierde keer in dertig jaar bijeengekomen Amerikaanse hardcoreband Suicidal Tendencies een ander soort toegift. Na een energieke set, die ook het publiek flink in beweging krijgt in de modderige moshpit, nodigt zanger Mike Muir tijdens het laatste nummer de fans uit op het podium. Schijnbaar ongehinderd door de springende menigte speelt de band door, terwijl uitzinnige fans het publiek op de grond toeschreeuwen en grijnzend foto’s van elkaar maken aan de zijde van hun helden. In de Megatent is het vervolgens weer feest met Fiddlers Green, de Duitse band die traditionele Ierse folk en eigen nummers met een enorm tempo speelt. Jovink is op zondag op hoofdpodium de traditionele afsluiter en speelt voor een tot aan de hoeken gevuld veld een tuiswedstrijd, compleet met confettikanon, dansmariekes en nog maar weer eens een sprong over de gigantische schans over het podium, de hoofdstunt van dit jaar.

De enorme toeloop bij bands als Normaal en Jovink typeert het nog steeds sterk lokale karakter van de Zwarte Cross. Voor de hoofdingang is de fietsenparkeerplaats minstens zo groot als twee autoparkeerterreinen. Gezinnen met jonge kinderen en vriendengroepen uit de wijde omgeving komen sinds jaar en dag naar de Zwarte Cross. Zo ook ondernemer Wilbert, geboren en getogen Lichtenvoorder, die alle edities tot nu toe heeft bezocht. Hij komt voor de sfeer, om samen met zijn kameraden een paar biertjes te drinken en een beetje naar de cross en naar de bands te gaan kijken. Hij heeft de cross zien groeien en vercommercialiseren, maar vindt dat het gemoedelijke karakter nog even sterk is als in het begin. Ook Zwarte Cross medewerker Pieter Holkenborg is niet bang dat dit in de komende jaren gaat veranderen: “Bezoekers passen zich aan aan het festival en niet andersom”. Dat de Zwarte Cross een lokaal feestje is, wordt ook duidelijk bij het zien van de buurtbewoners, die zich op zondag, gewapend met klapstoeltjes in het avondzonnetje langs de weg installeren. Onder het genot van een biertje maken zij zich op voor de parade van malle caravans en andere felgekleurde huiswaarts kerende gevaartes.

Deel: