Iedere week komen er tientallen nieuwe albums binnen op de redactie van Maxazine. Veel te veel om ze allemaal te beluisteren, laat staan te recenseren. Iedere dag één recensie zorgt ervoor dat er te veel albums blijven liggen. En dat is zonde. Daarom plaatsen we vandaag een overzicht van albums die op de redactie binnenkomen in korte recensies.
Dania – Listless
Op 3 oktober 2025 bracht Dania haar album ‘Listless’ uit, een verzameling van zeven nummers die volledig na middernacht werden gecomponeerd. De in Bagdad geboren en in Barcelona gevestigde muzikante, die ook nachtdiensten draait als arts, laat zich inspireren door haar nachtelijke omgeving. Het album mengt trip-hop, shoegaze, ambient en pop tot een dromerige en intieme sound. Haar zachte, gelaagde stem fungeert meer als atmosferisch element dan als lyrisch middelpunt, wat haar prive relatie met zingen weerspiegelt vanwege culturele taboes. Nummers zoals ‘Personal Assistant’ en ‘Car Crash Premonition’ bevatten subtiele ritmes, terwijl ‘I Know That’ en ‘Write My Name’ minimalistische composities zijn die de aandacht vestigen op sfeer boven melodie. Het afsluitende ‘A Hunger’ integreert vervormde geluiden die doen denken aan ziekenhuis apparatuur, waardoor een ongewone maar intrigerende textuur ontstaat. Critici prijzen de serene en mysterieuze sfeer van het album en de manier waarop Dania persoonlijke ervaringen vertaalt naar muziek. Het album biedt luisteraars een zeldzame inkijk in het leven en de emoties van een nachtwerkende kunstenaar die haar stem op een unieke manier inzet. (Elodie Renard) (8/10) (Somewhere Press)
Bring Me The Horizon – Lo-files
De Britse muzikale kameleon Bring Me The Horizon blijft verrassen. Voornamelijk bekend staand om de metalcore met ontelbare tempowisselingen en snoeiharde gitaren brengt Bring Me The Horizon nu een Lo-Fi album genaamd (hoe toepasselijk) ‘Lo-files’ uit. Op dit album staan 23 instrumentale Lo-Fi versies van hun bekendste nummers. Bring Me The Horizon laat in de bijgeleverde pers-informatie weten dat ze in samenwerking met producers bekend uit de lo-fi scene een 23-tal nummers onder handen hebben genomen. Deze nummers zijn uitermate geschikt om te chillen, slapen, relaxen of wat je ook maar wilt ondernemen om tot rust te komen. De gemiddelde Bring Me The Horizon liefhebber zal weinig kunnen met dit album maar maxazine lezers die behoefte hebben aan een rustgevend album vol instrumentale lo-fi gaan hier veel plezier aan beleven. (Ad Keepers) (7/10) (Sony UK International)
I Hold The Lions Paw – Potentially Interesting Jazz Music
Wat zou een jazzpurist in 1970 hebben gedacht toen hij voor het eerst luisterde naar de nieuwe Miles Davis? Platenmaatschappij Columbia had ‘Bitches Brew’ aangekondigd als ‘een nieuwe richting in muziek’. Daar was geen woord aan gelogen. Inmiddels zijn we wel gewend aan dergelijke experimenten in jazz. Een experiment, zo zou dit derde studio-album van I Hold The Lions Paw, het gezelschap rond de Australische trompettist Rueben Lewis, het beste kunnen omschrijven. Niets blijft op haar plaats. De opening zet je bijvoorbeeld direct op het verkeerde been: Laurie Anderson meets Miles Davis, met spoken word. Waar ga je als luisteraar op focussen? Op de poëzie en daarmee de teksten of toch de muziek? Rare vraag? Geenszins. Je kunt in die eerste luisterbeurt namelijk onmogelijk alles tot je nemen, daarvoor nemen de composities teveel onverwachte afslagen. Het lijkt soms alsof er stukken uit zijn geknipt en elders weer ergens aan vastgeplakt – exact de werkwijze die Davis op zijn brouwsel hanteerde en, jawel, ook door Lewis: tracks zijn letterlijk uit elkaar gehaald en opnieuw opgebouwd. Het laat luie luisteraars kansloos. Pas na een paar keer hoor je de patronen, de intenties en ook het vakmanschap waarmee deze plaat is gemaakt. Want hoewel het allemaal klinkt alsof het spontaan is ontstaan, zijn dit wel degelijk doordachte composities. Het funky ‘Prime Time’ is daarvan een uitstekend voorbeeld. Geen eenvoudige plaat. Wel boeiend. Voor wie daar oren naar heeft. De titel van de plaat is wat dat betreft raak gekozen. (Jeroen Mulder) (7/10) (Earshift Music)
Ring Van Möbius – Firebrand
De prog band Ring Van Möbius bestaat niet meer, het drie tracks tellende ‘Firebrand’ is hun allerlaatste (concept) album. De titeltrack zit onder de tien minuten en is daarmee de kortste. ‘False Dawn’ is een fantastische epic van ruim 25 minuten. Deze lijkt te eindigen met een bombastisch stuk, maar er volgt een deel met emotioneel pianospel en geluidseffecten. Na talloze (onverwachte) wendingen is het dan toch nog onverwacht stil. Zowel in de minimalistische als in de krachtig gezongen delen laat zanger/toetsenist Thor Erik Helgesen emotie horen. Met vlagen is zijn orgelspel retro prog, op andere momenten hoor je minimalistisch pianospel of elektronische klanken. Dag Olav Husås bespeelt diverse percussie instrumenten: soms minimalist, op andere momenten is hij luider aanwezig. We mogen bassist Håvard Rasmussen natuurlijk niet vergeten. De muziek gaat van minimalistisch naar bombastisch en alles wat er tussen in zit. Door de complexe composities duurt het een tijd voordat je de nummers een beetje leert kennen. ‘Firebrand’ is een aanrader voor de liefhebber van complexe prog rock. (Esther Kessel-Tamerus) (8/10) (Apollon Records)
Leon Vynehall – In Daytona Yellow
Op 3 oktober 2025 verscheen ‘In Daytona Yellow’, het nieuwste album van de Britse dance producer Leon Vynehall. Het album markeert een introspectieve wending in zijn carrière en biedt een rauw en kwetsbaar zelfportret. Bekend om zijn conceptuele aanpak, omarmt Vynehall imperfectie en persoonlijke verkenning, afwijkend van zijn eerdere gepolijste werk. Het album legt de nadruk op vocaal gedreven composities, met gastartiesten zoals POiSON ANNA, TYSON, Chartreuse en Beau Nox. Vynehall integreert aarzelende zang, praatzang en poëzie met wisselend effect, waarbij sommige nummers zoals ‘Mirror’s Edge’ en ‘Cruel Love’ intens emotioneel resoneren, terwijl andere wat vlak aanvoelen. Conceptueel verkent het album thema’s van ego, identiteit en zelffragmentatie, met terugkerende motieven van loslaten en het omarmen van onvolkomenheid. De productie legt een open en experimentele sfeer vast, waarbij imperfectie als kracht wordt gepresenteerd. Het album wordt gezien als een overgangswerk dat luisteraars uitnodigt om mee te denken over de zoektocht naar zelfexpressie en kwetsbaarheid in een digitale en gepolijste muziekwereld. (William Brown) (7/10) (Ooze Inc.)