Halverwege augustus verschijnt het tweede album in de UNIFONY reeks. Deze keer werken Minco Eggersman en Theodoor Borger, die de kern van dit project vormen, samen met piano-virtuoos Aaron Parks (Blue Note, ECM) en de IJslandse saxofonist Óskar Gudjónsson. De CD verschijnt via Butler Records, de LP via Music on Vinyl.

Onder de naam UNIFONY zijn Minco Eggersman en Theodoor Borger een bijzonder project gestart, waarbij zij in samenwerking met diverse gastmuzikanten op zoek gaan naar de essentie van muziek. Ze verlaten de gebaande paden en herontdekken de eenvoud via het experiment. Componeren doen zij niet meer op basis van vooraf vastgelegde noten en arrangementen, maar door middel van zorgvuldig samengestelde en gelaagde sounds.

Binnen het UNIFONY-project wordt er iedere keer gezocht naar een samenwerking met een of meerdere bevriende muzikanten. Nadat er op het debuutalbum werd samengewerkt met de Noorse trompettist Mathias Eick (ECM Records) is het nu de beurt aan Aaron Parks (piano) en Óskar Gudjónsson (saxofoon), die met hun inspirerende ideeën de songs nog krachtiger hebben gemaakt. Theodoor leerde de milde toon van Óskar kennen door het album ‘The Box Tree’ van Skúli Sverrisson en Óskar Gudjónsson uit 2013 wat inmiddels een ‘standard’ is geworden. Tijdens zijn reis naar IJsland ontdekte hij dit bijzondere album en daarmee belandde Óskar op zijn shortlist voor een UNIFONY samenwerking. En zo geschiedde.

De piano-virtuoos Aaron Parks, bekend van z’n werk voor Blue Note Records en ECM Records, stond al tijden op de ‘wish-list’ van Minco. Na het horen van ‘UNIFONY I’ was Aaron direct enthousiast om mee te werken. Zijn heldere en jazzy spel zette de composities van Eggersman en Borger in een ander licht en zijn interpretaties en harmonieën zorgden voor inspiratie over en weer. Direct na de Europese tour van Aaron reden Minco en Aaron naar de studio van Theodoor waar in een relatief korte tijd een intieme sfeer ontstond, waarin Aaron zonder voorbereiding en ter plekke kon reageren op de ruwe schetsen van de composities van Eggersman en Borger. Het resultaat pakte bijzonder goed uit en inspireerde Óskar Gudjónsson uiteindelijk weer tot zijn spel.

Minco Eggersman, Theodoor Borger & Aaron Parks. Foto: Mcklin Fotografie

Donkere tijden
Hoe muziek tot het hart kan spreken zonder te weten hoe, blijkt uit ‘UNIFONY II’. Dit tweede album in de reeks van Minco en Theodoor is ontstaan in een moeilijke periode voor Theodoor. Aan het einde van de periode rondom ‘UNIFONY I’ belandde Theodoor in een lange depressie. De wereld stond stil en de zon ging niet meer op voor de 37-jarige muzikant en engineer. In deze donkere tijd was muziek een van de krachten die hem op de been hield. De vriendschap met Minco en de vrije vorm waarin de muziek van UNIFONY kon ontstaan, bood de ruimte om los te laten wat hem vasthield. Het serieus nemen van de kleinste muzikale ideeën door Theodoor en het doorzetten en de aanmoediging van Minco, gaven Theodoor troost, voldoening en zingeving. De herkenning van Minco, die op zijn solo-album ‘HAMDEN’ een vergelijkbare periode vastlegde, bood de twee een verdieping van hun vriendschap.

Opvallend genoeg heeft dit niet geleid tot een zwaar album. Nee, ‘UNIFONY II’ is eerder troostrijk en hoopvol dan deprimerend of melancholisch. Sterker nog, de vrije vorm van werken heeft geleid tot een gelaagd en organisch geluid wat typisch is voor UNIFONY, maar met ook een openheid en drive die eerder uit de jazz-hoek lijkt te komen. Songs als ‘Abide’ maar ook ‘Fever’ en ‘Deliverance’ gaan over doorzetten – soms tegen beter weten in, maar nooit zonder hoop, iets wat sinds de zomer van 2019 ook voor Theodoor weer een realiteit is geworden.

Dit bijzondere project begon ooit met de samenwerking van Theodoor en Minco aan diens album ‘RESERVOIRS’. Tijdens het werken aan dat album ontdekten Minco en Theodoor hun gezamenlijke liefde voor de specifieke sound en muziek uit de jaren ‘80. Toen dit album later ook door James Marsh ontdekt werd en Minco een stuk schreef voor het ‘Spirit of Talk Talk’ project, was de cirkel rond.

Het artwork van ‘UNIFONY II’ is wederom van de hand van James Marsh, die inmiddels onderdeel is van dit bijzondere project. De Britse designer is niet alleen verantwoordelijk voor alle kenmerkende hoezen van Talk Talk, maar werkte ook samen met artiesten als Jamiroquai en Gerry Rafferty.

Als kers op de taart is het album gemastered door niemand minder dan Bob Ludwig. Deze Amerikaanse audio-grootheid (o.a. winnaar van 11 Grammy Awards) werkte eerder voor artiesten als Radiohead, Nirvana, Paul McCartney, Madonna en vele, vele anderen.

UNIFONY is een ode aan de werkwijze van toen (de jaren ’80); zonder druk tijd doorbrengen in een inspirerende studio met mooie instrumenten en hoogwaardige (vintage) opname-apparatuur van o.a. Grimm Audio. De studio van Theodoor werd de plek waar de unieke songs van UNIFONY konden ontstaan. Deze benadering en kwaliteit worden herkend en erkend door anderen, getuige de bijdrage die Aaron, Óskar, James en Bob hebben geleverd aan dit album. ‘UNIFONY II’ is een optelsom van al deze talenten.

‘UNIFONY II’ is verkrijgbaar vanaf 14 augustus.

Deel: