Hoewel de 76-jarige Paul McCartney de afgelopen 5 jaar niet heeft stil gezeten met o.a. een bijzondere samenwerking met Kanye West en Rihanna, en met onophoudelijk touren (de afgelopen jaren stond hij 2x in de Ziggo Dome en op Pinkpop), is het album ‘Egypt Station’ pas weer zijn eerste nieuwe album sinds ‘New’ uit 2013. De promotie van het album heeft de ex-Beatle de afgelopen maanden grondig aangepakt met o.a. de inmiddels legendarische aflevering van Carpool Karaoke met James Corden. Aan pensioen moet McCartney niet denken, en op ‘Egypt Station’ laat hij horen dat daar ook nog steeds geen reden voor is.

Waarbij er op ‘New’ vier verschillende producers aan werkten werd voor ‘Egypt Station’ voornamelijk gewerkt met enkel producer Greg Kurstin, die bekend is van zijn werk met o.a. Adele, Lily Allen, Foo Fighters en Sia. Een producer van een jongere generatie. Waar McCartney op ‘New’ soms juist iets te krampachtig jonger en hip probeerde te blijven klinken, daar koos Kurstin er juist voor om een pure plaat met hem te maken. Slechts in één nummer probeert McCartney aansluiting te vinden bij de huidige popwereld: het door Ryan Tedder geproduceerde ‘Fuh You’. Het was de derde single van het album en deed zelfs de grote McCartney-fan wel even de wenkbrauwen fronsen. Het nummer valt wat uit de toon door de te hippe productie die niet bij zijn ouder wordende stem past.

Gelukkig blijkt dat niet representatief te zijn voor de rest van het album. De tracklist is samengesteld alsof je naar een conceptalbum luistert. Maar anders dan bijvoorbeeld een Pink Floyd- of Roger Waters-album staan bij McCartney de liedjes op zichzelf. Bijzonder is dan als tweede song (na de introducerende openingstrack ‘Opening Station’) voor de ballad ‘I Don’t Know’ is gekozen, en daarna de rocksingle ‘Come On To Me’. In ‘I Don’t Know’ durft McCartney puur te klinken als een man van zijn leeftijd, terwijl in ‘Come On To Me’ duidelijk levenslust te horen is. ‘Happy With You’ is een typische akoestische McCartney-ballad in de sfeer van de Beatlesong ‘Mother Nature’s Son’ van ‘The White Album’ (dat later komend najaar opnieuw zal verschijnen ter ere van het 50-jarige jubileum). Ook ‘Confidante’ (een ode aan zijn gitaar) en ‘Dominoes’ passen in die categorie. Zijn stem klinkt puur. Net als in misschien het hoogtepunt van het album: de pianoballad ‘Hand In Hand’. McCartney klinkt breekbaar, maar maakt daarmee indruk in dit nummer. Alsof hij eindelijk het ouder worden heeft omarmd.

Tegelijkertijd is hij er nog steeds niet vies van om te experimenteren en stevige rocksongs te produceren. Zoals ‘Who Cares’ en het politiek getinte ‘Despite Repeated Warnings’, dat de hoogtijdagen van zijn Wings-periode doet herleven. Zoals de titel doet vermoeden waagt hij zich in ‘Back in Brazil’ aan een zomers getint nummer. Tot slot waagt hij zich ook opnieuw nog eens aan een Abbey Road-achtige medley met ‘Hunt You Down / Naked / C-Link’. Iets wat hij overigens niet voor het eerst sinds 1969 doet, want hij deed het eerder ook op ‘Red Ros Speedway’ uit 1973 en op ‘Memory Almost Full’ uit 2007.

Het Britse tijdschrift Mojo noemde dit album zijn beste sinds ‘Band On The Run’, maar dat vind ik persoonlijk een te grootse uitspraak. Zeker omdat McCartney sinds ‘Flaming Pie’ uit 1997 bijna alleen maar kwalitatief hoogstaande albums heeft uitgebracht. Echter is ‘Egypt Station’ wel zijn meest pure album sinds ‘Chaos and Creation in the Backyard’ uit 2005. Toen was het producer Nigel Godrich die zich niet liet afschrikken door de grote staat van dienst van McCartney, maar tegengas durft te geven. Dat lijkt Greg Kurstin ook te hebben gedaan, en dat haalt bij McCartney het beste in hem naar boven. (8,5/10) (Capitol)

Deel: