De zestiende editie van het gezellige en goed georganiseerde blues festival Gevarenwinkel in Herselt vond zoals gewoonlijk plaats in de tweede helft van augustus. De opbrengst van dit twee dagen durend festival gaat elk jaar naar een goed doel. Dit jaar steunt het Gevaren Festival Dyadis, een Belgische vereniging die hulphonden opleidt, en deze dan gratis toekent aan kinderen en volwassenen met een motorische beperking. Dit soort initiatieven kunnen we natuurlijk alleen maar toejuichen. Hopelijk komt er ook dit jaar weer heel wat volk naar Gevarenwinkel zodat er toch verschillende mensen dankzij de muziek een hulphond krijgen en zo een aangenamer leven krijgen. Vrijdag waren de weer goden de organisatoren alvast goed gezind. Het was een prachtige zomeravond. Voor zaterdag waren de voorspellingen iets minder gunstig, maar het festival vind plaats in twee mooie tenten zodat men niet hoeft nat te worden als men dat niet wil.

Omstreeks 19 uur werd naar gewoonte de aftrap gegeven door een plaatselijke band. Dit jaar viel deze eer te beurt aan The Autumn Chills. Dit is een viertal afkomstig tussen Betekom en Baal. Wie zijn nu deze Autumnn Chills? Ik zal hun eigen woorden meegeven. In 1997 verkocht dit viertal hun ziel aan de duivel, aan de biersteker en ook aan de dochter van de plaatselijke cafè bazin. Uit angst voor jeugdpuistjes doopten ze hun instrumenten in de Mississippi swamps, zuiverden hun lichaam met Mexicaanse tequila en in hun poging om te ontsnappen aan het kleurloos bestaan verliezen ze zich nog steeds naar de zoektocht naar de muzikale beheksing van Duende van de herfstmuze. Wat ik hoorde was een band die een mix bracht van eigen nummers en een paar covers, die dan wel op de manier en met een heel eigen inbreng van de Autumn Chills gespeeld werden. Er zat een beetje blues in, Zuid- Amerikaanse invloeden, swamprock en psychedelische rock. Openen is steeds een moeilijke opgave. Het volk komt nog binnen stromen en iedereen is nog niet volledig met de muziek bezig. Maar de jongens mogen best fier, ze leverden een prima en gevarieerd optreden af. Ondanks een grote handicap want hun bas gitarist was er niet bij omdat hij nog niet hersteld is van een zware medische ingreep maar hij werd zeer goed vervangen door Jan Leers. Dries Elsen beschikt over een aardige stem. Niemand van de band is een echte uitschieter maar ze zijn wel een heel goed geheel. Dat hoor je ook aan hun muziek, geen ego tripperij, geen vingervlugge solo’s, maar gewoon je ding doen op een zeer goede manier. De betere nummers waren voor mij, ‘Mississippi Voodoo Swamp’ een swamprock nummer maar dat kon je al afleiden uit de titel, Hun versie van ‘Break On Through’ van The Doors, Ook ‘Like a Hurricane’ van Neil Young mocht er best wezen. De dochter van de cafè bazin en de biersteker mogen tevreden terugblikken op het optreden van hun Autumn Chills.

http://www.youtube.com/watch?v=6QasxZ6_8-8

Het mooie aan het Gevarenwinkel festival zijn de twee tenten met elk hun podium zodat de muziekliefhebber geen seconde zonder muziek zit. In de kleinere tent was vrijdag maar één artiest, maar die zou wel twee keer de pauzes overbruggen die nodig zijn om het hoofd podium af te ruimen en terug op te stellen. Den Huibbe van Chilly Willy kondigde zoals gewoonlijk heel enthousiast de Terry Harmonika Bean Band aan. En enthousiast was deze Terry Bean wel, het plezier waarmee deze man speelde straalde zo van zijn gezicht af. Hij speelt gitaar, mondharmonica en zingt recht vanuit zijn hart. Het was een echt plezier om deze jongen bezig te zien en te horen. Zijn muziek is vrij traditionele blues maar zeker niet oudbollig. Terry kiest er ook bewust voor om oudere blues stijlen levendig te houden. Als je bijgevoegd filmpje ‘Bright Lights, Big City’ bekijkt dan zie je wel wat ik bedoel.

http://www.youtube.com/watch?v=RzJnYM3gCL0

In de grote tent was het dan de beurt aan de in de einde jaren dertig geboren Leon Atkins. Deze naam zegt jullie waarschijnlijk heel weinig, maar dit is de echte naam van Lil Jimmy Reed. Leon Atkins kreeg op zes jarige leeftijd een eerste gitaar gemaakt van een sigaren kist cadeau van iemand. Achter de schooltijd werkte Leon in een fabriek en in een winkel. Hij liet zijn vader weten dat hij dit niet wilde doen in zijn verdere leven en dat hij als muzikant aan de kost wilde komen. Op een dag kreeg Leon tot zijn grote verbazing een splinternieuwe gitaar van zijn vader. Hij speelde op de gitaar net of als hij zijn hele leven niets anders gedaan had en al gauw entertainde hij de plaatselijke bevolking en velen zagen dat er wel talent zat in deze knaap. De muziek die Leon speelde kende hij van de jukebox in de plaatselijke club en daar stond ook veel muziek op van de toen heel populaire Jimmy Reed. Deze Jimmy Reed zou ergens in de buurt komen optreden en Leon wilde er heel graag heen om zijn idool in levenden lijve bezig te zien. Het liep anders dan verwacht want de dag zelf bleek Jimmy Reed zo dronken te zijn dat hij niet op het podium kon en Leon, ondertussen al bekend door de plaatselijke bevolking, werd gevraagd om maar de plaats van zijn idool Jimmy reed in te nemen. Leon Atkins deed dat zo goed dat er bijna geen verschil te merken was. Zo ontstond dus per toeval een nieuwe artiest Lil Jimmy Reed. Onder deze naam trad Leon ook op buiten zijn woonplaats en werd hij een bekend en gewaardeerd bluesmuzikant. Nu stond hij hier in Gevarenwinkel met zijn band. Lil Jimmy Reed zag er nog stralend uit voor zijn leeftijd, keurig in een donker pak met op de rug in het wit Lil Jimmy Reed. Als je uit het repertoire van blues legende Jimmy Reed mag kiezen heb je natuurlijk keuze genoeg. Ik geloof dat Jimmy wel vijftien albums gemaakt heeft. Het is elektrische traditionele Delta blues en Chicago blues en Lil Jimmy Reed kon een groot deel van het publiek bekoren met deze muziek. De ritme sectie was pover en diende zoals de naam het al zegt alleen om het ritme te bepalen. Het was vooral Lil Jimmy Reed zelf en de toetsenist die konden bekoren en regelmatig lieten horen wat ze in hun mars hadden. Wat deze man nog bracht op deze leeftijd verdient alleen maar respect en waardering. Lil Jimmy Reed zong niet alleen, hij speelde nog perfect gitaar en had nog adem over om op zijn mondharmonica te blazen en te zuigen. Nummers die mij opvielen waren ‘Down In Mississippi’, ‘Baby What You Want Me To Do’ en ‘Tell The World I Do’.

Als afsluiter van deze eerste dag op het Gevarenwinkel Festival werd gekozen voor muziek van toch één der grootste bluesrock legendes ooit, namelijk muziek van wijlen Rory Gallagher. En wie kon men daar beter voor vragen dan de Gerry McAvoys Band Of Friends. Deze band bestaande uit de originele ritmesectie van Rory  weet toch het beste hoe men deze muziek moet spelen. Zeker Gerry McAvoy weet dat want hij was van 1971 tot 1991 de bas gitarist van Rory en speelde op alle albums die Rory ooit maakte. Drummer Ted McKenna was in Rory’s band van 1978 tot 1981 en kennen we daarna vooral van zijn uitstekend werk bij de Alex Harvey Band. De derde man van de band heeft nooit met Rory gespeeld, maar is toch heel bepalend in deze Band Of Friends. Het is de Nederlander Marcel Scherpenzeel die we vooral kennen van zijn eigen Marcel Scherpenzeel Band en van Wolfpin en die opgroeide met de muziek van Rory. Marcel benadert volgens Gerry McAvoy het dichtst de stijl van Rory wat gitaar spelen betreft. Dat de stem van Marcel zich ook uitstekend leent om de muziek van Rory te zingen is uiteraard heel leuk meegenomen. Het resultaat is een prima bluesrock power trio. Al was het al laat toch hadden zowel Gerry, Marcel als Ted er duidelijk veel zin in. Dadelijk vol gas met het uitstekende ‘The Last Of The Independents’. Pure rauwe bluesrock van grote klasse. Gevolgd door het even energieke ‘Continental Op’. Het was pas in het zesde nummer dat er wat gas terug genomen werd met een parel van een blues nummer. ‘Off The Handle’ was bijna tien minuten kippenvel. Strakke drums en bas en daar kan Marcel dan rustig zijn ding boven op doen en hij was in grote vorm op Gevarenwinkel. Van in het begin had Gerry McAvoy een goede interactie met het publiek en dat werd duidelijk gesmaakt. Heel het optreden was Gerry aan het bekken trekken maar natuurlijk speelde hij ook knappe diepe bas lijnen. Als het op stevige en strakke drums aankomt dan zit je met Ted McKenna natuurlijk met de juiste man op de juiste plaats. Ook ‘Calling Card’ vond ik één van de super momenten. Vlijmscherpe kermende gitaar van Marcel. Als toetje krijgen we nog een gitaarduel tussen Marcel en Gerry. Eigenlijk was er geen enkel dood moment gedurende het heel concert, het bleef honderd minuten vol gas en op hoog niveau. De finale was ook om duimen en vingers van af te likken met ‘Follow Me’, ‘Bad Penny’ waar Gerry een indrukwekkende bas solo speelde en ook Terry zijn kunnen op de drums mocht tonen. Het laatste nummer werd het alom gecoverde schitterende ‘Shadow Play’, waar Gerry de massa uitnodigde om mee te zingen. Er werd heel goed op gereageerd en zelfs minuten na dat de band van het podium verdwenen was bleven de mensen maar ohohoho hohoho zingen. Daar moest een toegift van komen. Gerry kondigde aan dat ze tot s’morgens zes uur zouden spelen en dat de drank gratis zou worden na de volgende song. Het volk wilde natuurlijk niets liever horen en zette zich massaal achter het bisnummer ‘Bullfrog Blues’. Dit feestje duurde meer dan twaalf minuten en zowel Gerry op bas, als Marcel, als Terry mochten solo nog hun kunnen tonen.

Deel: