Terwijl house muziek als een olievlek over Europa verspreidde en dansbare synthpop de hitlijsten domineerde, veroverde een Brits collectief de wereld met een geluid dat volkomen uniek was. Soul II Soul bracht met hun tweede single ‘Back to Life’ een tijdloze plaat voort die de grenzen tussen soul, reggae, house en hip hop liet vervagen. Het nummer werd meer dan een zomerhit. Om de impact van ‘Back to Life’ volledig te begrijpen, moet het nummer worden geplaatst in de context van 1989. Het was een jaar waarin dance muziek de wereldwijde hitlijsten domineerde, maar de aanpak was heel verschillend dan de jaren daarvoor. House muziek was uit Chicago en Detroit overgewaaid en had vooral in Europa voet aan de grond gekregen. Italiaanse producers maakten piano house tracks die de clubs vulden, waarbij Black Box’s ‘Ride on Time’ het best verkochte nummer van het jaar werd in het Verenigd Koninkrijk.
Technotronic uit België scoorde met ‘Pump Up The Jam’, een rechtlijnige house track die de danspop crossovers van de vroege jaren negentig zou definiëren. Lisa Stansfield bracht ‘All Around the World’ uit, een Britse soul plaat die refereerde aan Barry White en net als Soul II Soul een brug sloeg tussen Amerikaanse R&B traditie en Britse interpretatie. Janet Jackson’s ‘Miss You Much’ toonde hoe nieuwe jack swing de Amerikaanse charts domineerde met zijn hip hop beïnvloede productie en snelle tempo’s. In deze context klonk ‘Back to Life’ anders. Het had de dansbare kwaliteit van house, maar zonder de aggressieve kicks en snelle BPM’s. Het bezat de soul van R&B, maar zonder de gladde productie van Amerikaanse contemporaines. Het gebruik van breakbeats en samples plaatste het in de hip hop traditie, maar de vocals en melodieën waren puur soul. De dub-effecten en de reggae invloeden gaven het een Britse identiteit die onmiskenbaar was. Soul II Soul had een geluid gecreëerd dat van alle walletjes at, maar tegelijk volledig uniek klonk.
Soul II Soul
De wortels van Soul II Soul liggen diep verankerd in de Britse soundsystem traditie, een fenomeen dat zijn oorsprong vond in Jamaica en door Caribische immigranten naar het Verenigd Koninkrijk werd gebracht. Trevor Beresford Romeo, beter bekend als Jazzie B, groeide op in Noord-Londen als jongste zoon in een gezin waar alle broers hun eigen soundsystems hadden. Op dertienjarige leeftijd begon hij zelf met zijn eigen reggae soundsystem, drie jaar later legde hij samen met Philip Harvey de basis voor wat Soul II Soul zou worden.
In de jaren tachtig ontwikkelde Jazzie B het concept van Soul II Soul als meer dan alleen een band. Het was een complete beweging, een lifestyle brand met de slogan ‘A happy face, a thumpin’ bass, for a lovin’ race’. Ze organiseerden clubavonden die de basis vormden waarin Soul II Soul hun unieke geluid smeedde. Ze testten dubplates, experimenteerden met geluidseffecten en verfijnden hun mix van stijlen. Jazzie B had geleerd van Londense soul-DJ’s als George Power en bracht die invloeden samen met de soundsystem cultuur waarin hij was opgegroeid. Tegen de tijd dat ‘Keep on Movin” in maart 1989 verscheen, had Soul II Soul een vaste kernbezetting gevormd. Naast Jazzie B bestond het collectief uit producer Nellee Hooper, DJ’s Daddae en Jazzie Q, rapper Aitch B en zangeressen Rose Windross en Doreen Waddell. Voor ‘Keep on Movin” vroegen ze Caron Wheeler om haar stem te lenen, een ervaren achtergrondzangeres die had gewerkt met Elvis Costello en Phil Collins.
Back to Life
Oorspronkelijk verscheen ‘Back to Life’ op ‘Club Classics Vol. One’ als een a capella versie. Caron Wheeler zong haar tekst vrijwel onbegeleid, alleen tegen het einde kwam de drum binnen. Het was een prachtige showcase van haar vocale kracht, maar commercieel gezien was het geen voor de hand liggende single. Pas toen het succes van ‘Keep on Movin’ duidelijk werd, besloten Jazzie B en Nellee Hooper het nummer te herwerken tot een volwaardige productie.
De nieuwe versie van ‘Back to Life’ behield de onvergetelijke hook, maar kreeg een complete arrangementsbehandeling. De productie combineerde breakbeats van Graham Central Station’s ‘The Jam’ met boom-bap drum programmering op de TR-808 en TR-909. Daaroverheen legden ze strijkers van het Reggae Philharmonic Orchestra, wat een unieke fusie opleverde van Britse reggae-traditie en Amerikaanse soul. Wheeler schreef nieuwe verzen die pasten bij de uitgebreide productie, waarbij ze haar improvisatievermogen ten volle kon benutten.
De tekst van ‘Back to Life’ heeft een diepere betekenis dan de oppervlakkige party-vibe suggereert. Wheeler onthulde later dat het nummer ging over een bijna-doodervaring die zij had meegemaakt. Ze werd letterlijk teruggebracht naar het leven en voelde frustratie over haar terugkeer naar de aardse werkelijkheid. De vraag ‘However do you want me, how, however do you need me?’ richtte zich oorspronkelijk tot haar schepper, maar klonk in de context van de productie als een romantische vraag. Deze gelaagdheid gaf het nummer een extra dimensie die luisteraars bleven intrigeren.
Op 30 mei 1989 verscheen ‘Back to Life’ als single. De reacties waren overweldigend positief. In het Verenigd Koninkrijk bereikte het direct de eerste plaats en bleef daar vier weken staan, waarbij het Jason Donovan’s ‘Sealed With A Kiss’ van de troon stootte. De single werd het vijfde best verkochte nummer van 1989 in Groot-Brittannië met meer dan 560.000 verkochte exemplaren. In de Verenigde Staten klom het naar de vierde positie in de Billboard Hot 100 en bereikte de eerste plaats in zowel de Dance Club Play als de R&B charts.
Ook in continentaal Europa werd ‘Back to Life’ een fenomeen. In Nederland en Luxemburg bereikte het de eerste positie, terwijl het in de Eurochart Hot 100 eveneens bovenaan stond. Top tien noteringen volgden in België, Griekenland, Ierland, Zweden, Zwitserland en West-Duitsland. De wereldwijde impact was ongekend voor een Britse act die zo duidelijk buiten de mainstream opereerde. Het nummer kreeg gouden certificeringen in Canada en Zweden, een zilveren plaat in het Verenigd Koninkrijk en platina in de Verenigde Staten.
George Michael
Toen George Michael in 1991 zijn Cover to Cover tour startte, koos hij bewust voor een setlist vol covers van nummers die hem hadden geïnspireerd. De tour was een artistiek statement na het commerciële succes van zijn tweede soloalbum ‘Listen Without Prejudice Vol. 1’. Michael wilde zich ontdoen van het image van mannelijke model en zich concentreren op de muziek zelf. In plaats van zijn eigen hits te spelen, bracht hij een eerbetoon aan de artiesten die hem hadden gevormd.
‘Back to Life’ paste perfect in deze opzet. Het nummer representeerde de Britse urban soul beweging waar Michael zich nauw bij verbonden voelde. Tijdens de optredens in het Verenigd Koninkrijk, Brazilië, Japan, Canada en de Verenigde Staten zong hij zijn interpretatie van Wheeler’s klassieker. De setlist bevatte verder covers van Stevie Wonder, Seal, Curtis Mayfield en vele anderen, allemaal artiesten die het DNA van de soul muziek hadden bepaald.
Michael’s versie van ‘Back to Life’ werd nooit officieel uitgebracht, maar bootlegs en live-opnames circuleerden onder fans. Zijn vocale vertolking gaf het nummer een andere dimensie, waarbij zijn karakteristieke timbre en timing een unieke draai aan de melodie gaven. Het feit dat hij dit nummer opnam in zijn setlist, onderstreepte de impact die Soul II Soul had gehad op de Britse muziekscene. Ze hadden aangetoond dat het Verenigd Koninkrijk zijn eigen vorm van soul kon creëren zonder Amerikaanse templates te kopiëren.
De erkenning van George Michael was slechts één van vele. In 2019 nam de Amerikaanse zangeres Hilary Roberts een nieuwe versie van ‘Back to Life’ op die dertig jaar na het origineel de eerste plaats bereikte in de Billboard Dance Club Songs chart. Roberts vertelde dat ze aanvankelijk geïntimideerd was door Wheeler’s krachtige originele vertolking, maar uiteindelijk besloot het nummer haar eigen draai te geven. De track kreeg remixen van Andrew Wilson, Richard Cutmore, Perry Twins en Wideboys, waarmee het een nieuwe generatie dansers bereikte.
Club Classics Vol. One
Het album ‘Club Classics Vol. One’ was meer dan een verzameling singles. Het was een manifest van wat Soul II Soul voor stond. De opener ‘Keep on Movin’ gaf meteen de toon aan met zijn uitgestrekte groove en Wheeler’s expressieve zang. ‘Fairplay’, de single die het allemaal was begonnen met Rose Windross op zang, toonde het minimalistische elektro-funk geluid dat het collectief in het Africa Centre had ontwikkeld. ‘African Dance’, een instrumentaal nummer dat een Grammy Award won voor Best R&B Instrumental Performance, combineerde Afrikaanse ritmes met Londense house beats.
Het slotakkoord van het album, ‘Jazzie’s Groove’, was eigenlijk een manifest. Jazzie B verklaarde in gesproken woord wat Soul II Soul was, we’re a sound system, an amalgamation of good dance music. Die bescheiden omschrijving deed de impact tekort. Het album herdefinieerde wat Britse soul kon zijn. Het legde de basis voor trip-hop met zijn ruimtelijke productie en ontspannen tempo’s. Het voorspelde de Afroswing beweging die dertig jaar later zou ontploffen. Het trok een route van reggae soundsystems naar de mainstream die garage, jungle en dubstep zouden volgen.
De erkenning kwam ook in prijzenvorm. Bij de Grammy Awards van 1990 won Soul II Soul twee beeldjes. ‘Back to Life’ kreeg de prijs voor Best R&B Performance by a Duo or Group with Vocal, terwijl ‘African Dance’ de trofee voor Best R&B Instrumental Performance won. Daarnaast vielen ze in de prijzen bij de American Music Awards, British DMC Dance Awards en Soul Train Awards. Voor een act die was begonnen met soundsystem feesten in clubs met driehonderd bezoekers, was de transformatie verbazingwekkend.
Get A Life
Hoewel ‘Back to Life’ de grootste hit werd, is het onmogelijk om over Soul II Soul te praten zonder ‘Keep on Movin” te noemen. Het nummer dat hun doorbraak inluidde, bezat alle elementen die het collectief groot maakten. De productie was volledig geschreven door Jazzie B en bevatte diepe basslijnen, een piano-motief en Caron Wheeler’s emotionele zang. Het duurde meer zes minuten in de album versie, waarmee het ruimte gaf aan de groove om te ademen en te evolueren.
De boodschap van ‘Keep on Movin” was simpel maar krachtig. Doorzetten, blijven bewegen, geduld hebben. Het was de filosofie die Soul II Soul zelf had gehanteerd tijdens hun jaren van opbouwen in de underground scene. Nu, met hun succes, gaven ze die boodschap door aan luisteraars wereldwijd. Wheeler’s stem klom en daalde met een natuurlijke expressiviteit die nergens geforceerd klonk. De swing in de drums, afkomstig van hip hop breakbeats, gaf het nummer een head-nodding kwaliteit die onweerstaanbaar was.
De invloed van ‘Keep on Movin” op de Britse muziekscene was enorm. De laid-back tempo’s en de ruimtelijke productie werden een template voor trip-hop producers als Massive Attack en Portishead. Nellee Hooper, de co-producer van Soul II Soul, zou enkele jaren later Massive Attack’s ‘Blue Lines’ en Björk’s ‘Debut’ produceren, albums die de grenzen van elektronische muziek verder verlegden. De zaden die waren geplant in het Africa Centre groeiden uit tot een complete nieuwe richting in de popmuziek.
Na het succes van ‘Back to Life’ volgden turbulente jaren voor Soul II Soul. Eind 1989 verlieten Doreen Waddell en Rose Windross het collectief. Caron Wheeler vertrok begin 1990 om een solocarrière na te streven, waarbij ze twee albums uitbracht die haar stempel drukten op de Britse soul scene. Jazzie B bracht nieuwe zangeressen binnen, waaronder zijn nicht Marcia Lewis, Kym Mazelle, Lamya en later Charlotte Kelly. Het tweede album ‘Vol. II: 1990 – A New Decade’ bereikte de eerste plaats in de hitlijsten en bevatte de hit ‘Get a Life’.
De wisselende bezettingen werden een constante in de geschiedenis van Soul II Soul. Jazzie B zag het collectief als een dynamische beweging waarbij verschillende vocale talenten hun bijdrage konden leveren. Deze visie leidde tot interessante muziek, maar ook tot dalende commerciële prestaties buiten het Verenigd Koninkrijk. Het derde album ‘Volume III Just Right’ uit 1992 en ‘Volume V Believe’ uit 1995 verkenden respectievelijk jazz-funk territoria en ambient elektronische geluiden, maar behaalden niet het succes van de eerste twee platen.
In 1997 verscheen ‘Time for Change’, een album dat experimenteerde met dub en elektronische elementen en een verschuiving naar rave tempo’s liet horen. Het album kreeg geen label steun en de commerciële mislukking leidde tot de ontbinding van Soul II Soul in 1998. Jazzie B noemde creatieve verschillen en frustraties over label ondersteuning als oorzaken, verergerd door de line-up instabiliteit die de band door de jaren negentig had geplaagd.
De reunie kwam in 2007 tijdens het Lovebox Festival, waar Caron Wheeler zich weer bij de groep voegde. De hereniging tour in 2010 bracht Wheeler, Charlotte Kelly, Kym Mazelle en andere leden samen voor optredens door het Verenigd Koninkrijk. Sindsdien zijn er sporadische optredens geweest, waarbij Wheeler en Kelly afwisselend als hoofdvocalisten optraden. In 2016 verscheen het live-album ‘Origins: The Roots of Soul II Soul’, dat een opname van ‘Back to Life’ met Wheeler bevatte.
De erkenning voor Soul II Soul’s bijdrage aan de Britse muziekgeschiedenis kwam in verschillende vormen. In 2008 ontving Jazzie B een Order of the British Empire voor zijn diensten aan de muziek, waarmee hij de eerste soundsystem man werd die door de koningin werd geëerd. Datzelfde jaar won hij de Ivor Novello Award for Inspiration, waarbij hij werd aangekondigd als de man die Britse zwarte muziek een eigen ziel gaf. In 2012 kreeg Soul II Soul de PRS for Music Heritage Award met een speciale plaquette op The Electric in Brixton en in 2013 werd een standbeeld van Jazzie B onthuld in Finsbury Park, het park waar hij als kind had gespeeld, gevoetbald en zijn soundsystem had gedraaid. De symboliek was krachtig.
Het nummer verscheen tijdens de openingsceremonie van de Olympische Spelen in Londen in 2012, een moment waarop het Verenigd Koninkrijk zijn culturele erfgoed aan de wereld toonde. Die keuze was veelzeggend. Tussen The Beatles, The Rolling Stones en David Bowie stond Soul II Soul als vertegenwoordiger van een specifiek Brits geluid dat was ontstaan uit de multiculturele smeltkroes van Londen. Het was een erkenning dat de bijdrage van zwarte Britten aan de popmuziek fundamenteel was voor de nationale identiteit. A happy face, a thumpin’ bass, for a lovin’ race. In vier minuten en veertig seconden vatte het nummer samen waar Soul II Soul voor stond. Positiviteit, groove en inclusiviteit. Het was een boodschap die in 1989 nodig was en die vandaag nog steeds relevant is. Dat is waarom ‘Back to Life’ meer is dan een nostalgische herinnering. Het is een tijdloze parel die blijft schitteren.
