Onlangs speelde de Amerikaanse gitarist Steve Vai dan eindelijk zijn langverwachte en unieke concert samen met het Metropole Orkest. Het Bridge festival in Eindhoven was voor enige tijd het Nederlandse brandpunt voor alle liefhebbers van gitaarmuziek. Het concert van Steve Vai & het Metropole Orkest was al maanden vantevoren uitverkocht geraakt. Goed te begrijpen, want een dergelijke samenwerking tussen iemand die door velen als de beste rock gitarist ter wereld wordt gezien, en het Metropole Orkest is een unieke manier om het muzikale genie van Vai op het snijpunt van uitvoerend muzikant en dat van componist aan het werk te zien.

Vai was al een paar dagen eerder, na het afsluiten van het Oost-Europese deel van zijn tournee, naar Nederland gekomen om zich in het Muziekcentrum van de Omroep voor te bereiden op zijn concert. Het orkest staat voor dit project onder leiding van de Finse dirigent Julka Iisakkila, die bekend is om zijn affiniteit met hedendaagse muziek en cross-over stijlen. Zelf is Iisakkila ook een opmerkelijk componist en arrangeur en ook zeker geen onverdienstelijk gitarist. Het album ‘Requiem’ dat hij samen met het Metropole Orkest en de Zwitserse metalband Triptycon maakte, was het best verkochte album in Europa in 2020. Hij geniet van de voortdurende, vruchtbare en succesvolle samenwerking met componist/gitarist Steve Vai. Vai en Iisakkila zijn samen ook bezig met het opnemen van een uitgebreide catalogus van Steve Vai’s werken voor orkest. Niet alleen wordt er in dit project samengewerkt met het Metropole Orkest, maar ook met het Tampere Philharmonisch Orkest.

Om dit project überhaupt georganiseerd te krijgen werken Vai en het Metropole Orkest nauw samen met Co de Kloet, een van de drijvende krachten achter dit project. De Kloet en Vai kennen elkaar al sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw, toen Vai furore maakte als Frank Zappa’s ‘stunt guitarist’. De Kloet ontwikkelde en produceerde voor de NTR projecten met onder meer Todd Rundgren, Frank Zappa, Brian Eno, Steve Vai, Michiel Borstlap, George Duke, Mike Keneally, Gary Lucas en Terry Bozzio. Voor de NPS/NTR werden programma’s onder zijn productionele leiding bekroond met de Prix Italia en de Zilveren Reiss Microfoon. Hij is daarnaast algemeen erkend als groot Zappa-kenner; De man is een niet aflatende bron van anekdotes over zijn avonturen met Frank Zappa. De Kloet, tevens schrijver van het boek Zappa & Co, herkende het compositorische talent van Vai al vroeg.

Maxazine reisde, op uitnodiging van Vai en De Kloet, af naar de studio van het Muziekcentrum van de Omroep om de repetities voor het concert met het Metropole mee te maken en om uitgebreid met Steve Vai te spreken. Dit keer niet over gitaren, vervlogen tijden die inmiddels rockgeschiedenis zijn, maar over het hier en nu, over componeren, over authentiek jezelf durven zijn als componist, over het zijn, in het hier en nu.

Steve Vai als Componist

Het ‘orkestrale’ project is al jaren onderweg, langzaam maar zeker laat je het publiek steeds meer kennis maken met Vai, de componist. Die kant van wat je doet lijkt probleemloos te kunnen bestaan naast de langharige rockgod die shreddend de wereld rondtrekt om ‘stuntgitaar’ te spelen.

“Ik heb veel van interesses, wat niet ongewoon is, en het is voor mij een kwestie van ze in evenwicht te brengen, en te houden.”

“Half my brain is like a rock musician who loves the energy and power, flair and showmanship on the other half of my brain loves composition. It loves bringing complex elements together to make music.”

“Mijn brein houdt ervan complexe structuren bij elkaar te brengen in mjn muziek. Tijdens mijn vroege carrière toen ik met David Lee Roth en Whitesnake speelde ging het meer om de rockmuziek en de gitaar. Maar mijn solowerk is een soort samenvoeging van van rock en compositie. Want als je luistert naar een album als ‘Passion & Warfare’ dan hoor je dat de balans steeds meer naar het componeren gaat. Bij die albums gaat et steeds meer over orkestratie en arrangement. Ik neem daar al meer afstand van het werk dat ik als ‘langharige rockgod’ speelde, zoals jij dat noemt. Maar er is ook die kant in mij die houdt van pure, orkestrale compositie. Voor mijzelf is dat een natuurlijke ontwikkeling gebleken. Ik componeerde al voordat ik gitaar speelde.”

Co de Kloet

Co de Kloet, die hij al kent uit de tijd dat Frank Zappa nog leefde, heeft wel als een soort van katalysator gefunctioneerd om zijn compositorische werk gerealiseerd te krijgen. ” Dat is zeker zo”, beaamt Vai, “Co kwam bij me in het jaar 2000 of zoiets, we waren al lang daarvoor vrienden. Ik ken Co al sinds 1981 of 1982. Hij vertelde mij toen dat hij dacht dat er, naast een gitarist ook een componist in me zat. Een ‘complete componist’, zo zei hij dat. Dat was de eerste keer dat iemand dat in mij zag. Co heeft me daarmee getriggerd. Ik voelde altijd dat, hoewel muziek voor mij heel natuurljk is, het bespelen van een instrument dat zeker niet was. Ik heb heel lang en hard moeten werken om goed gitaar te leren spelen. Naast de gitaar beheers ik ook niet echt een ander instrument. Als ik componeer, dan hoor ik de muziek in mijn hoofd. Ik kan het zelfs visualiseren. Dat is een talent waardoor ik voor elk instrument kan componeren. Ik ben bijvoorbeeld een uitstekende harpcomponist. De harp is misschien wel het moeilijkste instrument om voor te componeren, en ik ben er goed in. Daarnaast heb ik gedurende mijn carriere, en zeker in de tijd dat ik met Frank Zappa werkte, mijn vaardigheid in het schrijven en lezen van notenschrift enorm ontwikkeld. Ik hoor de muziek in mijn hoofd en kan het zo opschrijven. Het is ook gewoon hard werk en heel veel oefenen en studeren. Ik ben geen wonderkind. Er zit heel veel jaren heel hard werk achter ook.”

Co de Kloet geloofde dus in zijn orkestmuziek, en heeft zijn organisatorische talent in dienst gesteld van Vai’s muzikale werk. “Het heeft natuurlijk wel geholpen dat ik een relatief populair figuur was in de gitaargemeenschap, maar zonder Co was het allemaal niet gelukt. HIj had de contacten, hij vroeg subsidies aan, regelde de concerten die we tot nu toe gedaan hebben. Co is wel het vliegwiel van deze hele operatie geweest.”

Vai ontwikkelde zich naar een andere niveau, een andere soort muziek ook. Fans van het eerste uur mee kunnen echter niet altijd meegroeien in die transformatie. “Ik realiseer me terdege dat mijn oorspronkelijke fans niet automatisch ook mjn orkestrale werk zullen waarderen, dus ik probeer zo ook te verleiden met concerten zoals we nu doen met het Metropole waarbij ik het beste uit beide werelden bij elkaar wil brengen. Ik weet ook dat ik nog maar weinig liefhebbers heb in de klassieke muziekwereld. Geen enkel genre is vrijgesteld van snobisten, de klassieke wereld zeker niet. Conservatieve mensen stellen zich niet snel open voor iets nieuws, en conservatieve mensen vind je overal.”

“Ik denk dat veel hedendaagse zware orkestmuziek voor het grote publiek onbeluisterbaar is. Het is alleen nog interessant of opwindend voor snobs die graag willen luisteren naar volledig geintellectualiseerde muziek, waar alle gevoel uit is weggevallen”

De Zen van Componeren

“Veel orkestrale muziek kan over twee jaar prima door Artificial Intelligentie gemaakt kan worden, omdat het uitgaat van een wiskundige aanpak. Als ik wil componeren dan wil ik een lege ruimte in mijn hoof creeren. Leeg, er is dan helemaal niets, geen vooropgezet plan, niets. Die ruimte vult zichzelf dan vaak met muziek, maar soms ook met geluiden die ik nog nooit heb gehoord, ik laat ze allemaal toe. Ik heb geen intenties en geen oordeel. De lege lei wordt niet door mij gevuld, maar vult zichzelf, door mij. Dat betekent dat ik me daarvoor open moet kunnen stellen, ik moet me open kunnen stellen voor mezelf, omdat dat enige manier is om echt iets nieuws te kunnen creeren. Als ik mijn muziek alleen op reeds gekende, academische constructen zou baseren, dan herhaal je alleen maar het verleden. Dan creëer je niet, maar dan re-creëer je. Dat is het verschil tussen kunst en amusement.”

“Verbeelding overstijgt academische kennis, slimheid en intellectualiteit. Muziek, net als andere kunst is meer dan wiskundige schoonheid. Het kan schokken, het kan ontroeren, Kunst raakt het hart en niet het hoofd. Om te creeren is het onbelangrijk uit te gaan van alles dat je al weer. Vraag je af wat je nog niet weet, wat is nieuw, wat heb je nog nooit meegemaakt? Wat kan ik horen zonder elementen die ik al ken opnieuw samen te voegen, maar in een andere volgorde? Als ik het aandurf daarheen te gaan, en mezelf toesta dan echt te luisteren, dan zal mijn muziek als vanzelf gevuld worden. Dat is, zo denk ik, wat mensen doen als ze in hun hoogste staat van creativiteit zijn.’

Het medicijn tegen depressie

Duidelijk is dat muziek voor Steve Vai van grote betekenis in zijn leven. Het is niet alleen een manier om zichzelf creatief als kunstenaar te uiten, het is zelfs een voorwaarde om noet terug te vallen in oude gewoonten, en het lijkt zelfs een voowaarde voor levensgeluk. “Dat klopt, ik denk dat het hebben van deze creatieve energie, het vermogen open te staan voor nieuwe invloeden een voorwaarde is voor de mens om gelukkig te kunnen zijn. Niet oordelen, nioet veroordelen. Sta open, bekritiseer jezelf niet, maar erken wel. Alleen zo kan je leren, kan je groeien en verder komen. Als je jezelf dit niet gunt, loop je het risco om niet meer te kunnen functioneren, dat je dus ‘disfunctioneel wordt’ . Dat kan leiden tot depressie.”

“Draai af en toe de blik af af van de buitenwereld, en durf je microscoop naar binnen te draaien, naar jezelf. Vraag jezelf af of jezelf je eigen conditionering kan zien. Vraag jezelf af of jezelf wel toestaat om je eigen goede ideeën te kunnen zien.”


Foto’s (c) Larry DiMarzio
Behalve foto’s Steve Vai met pet (c) Eddie Mol

Deel: