Ed Harcourt is een singer/songwriter uit Engeland die de laatste tijd ook instrumentaal werk uitbrengt, want dat brengt variatie en de ‘afwezigheid’ is soms een welkom geschenk. Hij is zo’n 20 jaar goed bevriend met violiste Fiona Brice, die vooral orkestrale composities heeft gemaakt voor andere groepen zoals Placebo. Ze heeft ook een solo album uitgebracht ‘Postcards From’ in 2016. En nu vonden ze het tijd om samen op tournee te gaan, waarvan het Cultureel Centrum van Hasselt de première had.

Ze waren die ochtend met de trein gekomen. “De romantische trip door de Eurotunnel,” zoals Ed het beschreef en die had blijkbaar vertraging waardoor hun voorprogramma, de Canadese Julia Kent, een zeer korte tijd had gehad om te soundchecken.

Dat dat problemen gaf was niets te merken tijdens de set die de celliste gaf. Met haar cello vervaardigd uit carbon; de reden daarvoor was dat het steviger was dan hout en daardoor veiliger met reizen, wat ze vaak deed én het geluid was meer geschikt voor de muziek die ze maakte. Gezeten op een stoel en rechts voor haar een effectenpaneel dat ze met haar blote voet bediende, creëerde ze via loops sfeerbeelden die soms donker waren, dan weer dramatisch of zelfs fluweel. Ze nam je mee op reis door weidse landschappen, langs winderige kusten of nachtelijke vertrekhallen van luchthavens. Mooi was het opkijken en knikje die ze gaf om aan te geven dat een nummer gedaan was.

Dat Julia, Ed en Fiona redelijk onbekende artiesten zijn was aan het aantal mensen in de zaal te merken, verspreid van de eerste rij tot de laatste zat de kleine zaal van het CCHA bijna halfvol. Het was wel een divers publiek: mensen die Ed Hartcourt kenden of voor Fiona Brice kwamen, alsook mensen die specifiek Julia Kent wouden zien. En een handje vol ‘abbonee’s’ die dit optreden hadden uitgekozen uit nieuwsgierigheid. In het midden van het podium stond een zwarte blinkende vleugelpiano waar men in de spiegeling de handen van de speler mooi kon zien. Rechts was het domein van Fiona, die haar violen en effectbord had staan. En links stond nog een elektronische piano en 2 gitaren van Ed.

Geopend werd er door Fiona die de eerste twee nummers voor haar rekening nam, terwijl Ed achter de vleugel op een krukje met zijn ogen dicht zat te genieten. Vervolgens zette hij zich aan de vleugel en ze speelden ‘Empress of the Lake’ en ‘Hey Little Bruiser’ van hem. Fiona’s nummers waren van het eerder genoemde album en dat waren zoals men al kon vermoeden, reisverhalen. De titel van elk nummer was dan ook een stad. Bij ‘Paris’ gingen ze samen aan de vleugel zitten om het in ‘quater-main’ te spelen. Even checkte Ed of alles goed was met het publiek en gaf aan dat ze niet echt gewend waren om zo te spelen. Het was meet om bevestiging vragen of ze het wel goed deden. Afwisselend speelde ze dus nummers van elkaar en creëerden zo een warm, melancholisch gevoel dat wel paste bij het natte, winderige weer dat zich buiten afspeelde.

Een zeer mooi moment was toen Ed ‘Church of No Relgion’ speelde op zijn resonator. Dat is een metaalachtige gitaar zonder versterker. Hij richtte de microfoon op zijn gitaar en zong op afstand, want een natuurlijke weidse klank gaf. Soms kwam hij dichterbij om een meer geslotener effect te krijgen. En dat volgde met het enige nummer dat Fiona zong aan de vleugel: ‘Retreat’. Aan het samenspel van de twee kon men duidelijk zien dat het ze elkaar goed kenden. Als ene solo speelde, genoot de andere op afstand. En ook het aftellen of dirigeren van elkaars nummer, ging met een klein knikje of gewoon kort oogcontact.

‘Until Tomorrow Then’ zong Ed door een klassieke microfoon uit de jaren ’20. Halverwege ging hij aan de vleugel zitten en speelde hij met zijn rechterhand terwijl hij links de microfoon vast had. ‘Verona’ was het laatste nummer van Fiona, waarna Ed haar nog eens volop bedankte aanprees en dat Fiona verlegen accepteerde. En samen eindigden ze met Ed’s nummer ‘Antartica’, waar hij eerst piano speelde, die met een loop liet doorklinken; vervolgens de Fender gitaar nam en hij eindigde op de vleugel.

Ze kwamen terug met nog 2 nummers die ze speciaal uitgekozen hadden vanwege wat er de laatste tijd in Engeland gebeurd was. Hij wou het ‘B’-woord niet uitspreken. En gaf te kennen aan dat het waarschijnlijk de komende jaren moeilijker zou zijn voor Britse artiesten om naar Europa te komen. Daarvoor 2 nummers van twee Engelse artiesten waarvan ze vonden dat die een zeer grote waarde hadden in de laatste 50 jaar van de Engelse muziek. Ed zong Nick Drake’s ‘Fruit Tree’ en Fiona had ‘Who Knows Where The Time Goes?’ van Sandy Denny (Fairpoint Convention) uitgekozen dat zeer fragiel en ontroerend werd gezongen. Het was een top avond met 3 prachtige muzikanten die technisch en met gevoel hun werk hadden gebracht.

Deel: