Nouvelle Vague is in principe een Franse cover band van Olivier Libaux (gitaar) en Marc Collin (toetsen), maar ze hebben zo’n eigen stijl gecreëerd dat men ze niet zomaar als ‘coverband’ bestempeld. Nouvelle Vague is Frans voor New Wave en verwijst zo naar de muziekstijl, alsook naar de filmstijl in de jaren 60; tevens is het Bossa Nova in het Spaans en dat is natuurlijk ook een bekende muziekstijl. Die totale combinatie maakt het zo speciaal. Voeg daarbij nog een arsenaal aan zangeressen, want elke nummer heeft natuurlijk zijn eigen zangstijl (vraag maar aan Alex Collier van Hooverphonic), en het plaatje is compleet.

Ze hebben ze vorig jaar 2 web-albums uitgebracht: ‘Rarities’ en ‘Curiosities’ en dat is natuurlijk een reden om weer een sop tournee te gaan. In België speelden ze maar liefst 3 shows achter elkaar: Het Depot in Leuven, Trix in Antwerpen en de Reflektor in Luik.

Buiten was het aanschuiven, maar blijkbaar was er in de grote zaal van de Trix de Teskey Brothers geprogrammeerd. Iedereen voor Nouvelle Vague kon zijdelings doorschuiven en naar boven gaan, want het concert ging plaatsvinden in de ‘club’: een kleiner zaaltje dat de uitstraling had van een feestzaal ‘voor al uw partijen’, met een laag plafond en een leuk dakterras voor de rokers.

La Féline is een Franse zangeres die de welbekende Franse pop muziek bracht zoals we kennen van Franse zangeresjes. Ze was gekleed in een gouden trainingspak om een spacy sfeer te creëren en dat paste bij haar recenste album ‘Vie Future’ zoals ze zelf zei. Een beetje spijtig was dat de muziek op ‘tape’ was, maar zelf speelde ze de melodie op gitaar en zong met een zachte stem. Soms was het dreampop, dan weer wat meer uptempo en zeer dansbaar, dat ze zelf vaak genoeg demonstreerde. Ze amuseerde zich en het publiek was redelijk gecharmeerd, aangezien er toch veel rumoer is. Toen haar set gedaan was, vroeg ze zelf of het publiek nog een bisnummer wou, wat aan de ene kant wel grappig was.

Om 21 uur gingen de lichten uit en drie mannen betraden het podium. Toetsenist Marc Collin sloeg rustig de eerste tonen aan en kenners herkenden ‘Fade to Grey’ van Visage. En toen men de de eerste vers hoorde zingen was er direct een verassing: De zangeressen kwamen van achteren en zongen het eerste gedeelte al banend door de uitverkochte club. Het publiek was laaiend enthousiast toen ze het podium beklommen en het nummer vervolledigden. Élodie Frégé en Mélanie Pain waren stijvol gekleed: Mélanie in een groen fluwelen jurk en Élodie in een zwarte strakke rok met spilt en een top met een diepe decolleté.

Het werd een zeer boeiend concert vol met New Wave klassiekers die ze in 17 jaar hebben bewerkt. Ze hadden er heel veel plezier in en er was een geweldige interactie met het publiek, dat volop meezong en op de gepaste momenten meeklapte. Soms zongen ze samen andere nummers namen ze voor hun eigen rekening. Élodie zorgde bij ‘Human Fly’ van The Crammps dat men in een Parijse Cabaret club zat, terwijl Mélanie zoet en zacht The Smiths met ‘Sweet and Tender Hooligan’ zong.

Theatraal met een vette knipoog werden de nummers voorgeschoteld en sommige versies waren zo goed gebracht dat ze bijna onherkenbaar waren, zoals ‘Enola Gay’ van OMD: heel rustig met een geweldige piano solo erbij. Het was een vrijdag en daar had de Trix geluk. “Because it’s a Special occasion, we only play this song on Fridays”, grapte Mélanie bij het nummer ‘Friday Night, Saturday Morning’ van The Specials.

Het was in alle opzicht een groot Frans club feestje en werd compleet toen ‘Love Will Tear Us Apart’ gebracht werd. Het monde uit tot een Great sing-along waar Élodie het publiek diregeerde eerst zacht te zingen en daarna luid door te gaan, terwijl ze de microfoon op de standaard richting het publiek zette en zij uitbuindig begon te dansen.

Een heerlijke afsluiter die vroeg naar meer. En dat toetje kwam er: met een blauwe spot in het midden van het podium gericht stonden de dames met de ruggen tegen elkaar. En met een wals ritme zong Élodie de eerste strofe: “Under a Blue Moon I Saw You…” Afwisslend gereicht naar het publiek zongen ze ‘Killing Moon’ van Echo and The Bunnymen, alweer een prachtige bewerking dat zalig werd uitgevoerd. Het tweede bis nummer is ook vermeldenswaard want dit was een van de weinige eigen composities van Olivier Libaux: ‘La Pluie Et Le Beau Temps’, te vinden op ‘I Could Be Happy’.

En om het intieme sfeer te behouden kwam Olivier meer naar het midden zitten; Marc voegde zich daarbij met de welbekende melodica en Mélanie tussen de beide heren in om af te sluiten in stijl met ‘In a Manner of Speaking’ van Tuxedomoon. Na al die jaren heeft Nouvelle Vague niets van hun glans verloren. Nog altijd is het een band met stijl, finesse en plezier.

Deel: