Rock zoals rock hoort te zijn: recht voor zijn raap, eerlijk, hard. Gelukkig zijn er nog steeds mensen die het lef hebben om deze muziek te maken, de tweede editie van Rock Loezen bewijst dit weer. Rock Loezen heeft het lef om als jong festival een programmering neer te zetten die zeer zeker voor verrassingen zorgt. De locatie ademt rock en het publiek ook. Een festival waarvan je mag hopen dat het mag en kan groeien en desondanks een zeer eigen karakter behoudt.

De band Common Strangers, die de aftrap deed, speelde een thuiswedstrijd en ging meteen los, stevige alternatieve rock met zoals ze zeggen een slinkse knipoog. In een rap tempo werden de eigenzinnige nummers over de bühne gebracht alsof ze weinig tijd hadden om zichzelf te kunnen laten horen. Overtuigend gitaarspel, met een flinke dosis keyboard afgetopt met een stevige toef bas. Dit alles maakte het geheel erg toegankelijk en daardoor klonk het al heel snel vertrouwd, iets wat niet veel bands voor elkaar krijgen bij een eerste indruk. Een band die uitstapjes naar blues, rap en een lichte flirt met punk niet uit de weg gaat. Vier kerels die het publiek meenamen op een muzikale rollercoaster, met maar één doel: swingende songs schrijven en spelen. Het geheel zat goed in elkaar en was absoluut origineel te noemen, het getuigde van talent en heeft absoluut de potentie om op een groter festival te verrassen.

Er zijn van die zangers die als ze beginnen te zingen je overtuigen van echtheid. De zanger van de band Beaten by Hippies die als tweede het podium betrad is er zo één. Stoner met psychedelische elementen, dat snappen ze in België echt wel, maar door het af te kruiden met Hardrock en Metal, een snufje spacemetal maakt het gewoon verrassend en weer origineel. De performance stond als een huis. Het derde nummer Rock ’n Roll is absoluut een topper waarin de leidende rol was gereserveerd voor de bassist. De heren mengden op een handige wijze heel veel verschillende invloeden in hun muziek en serveerde deze op een doordachte wijze naar hun luisteraar. De wijze waarop ze dit deden zorgde ervoor dat de luisteraar niet overvoerd werd. Knappe muziek die ook nog eens met de juiste overtuiging op het podium werd gebracht, zonder dat het ging vervelen. Deze band zou op metalfestivals als Desertfest absoluut mee kunnen komen met de grotere namen.

Liza Colby sloot met haar uit New York afkomstige band ‘The Liza Colby sound’ dit minifestival af. Wat een berg energie stond daar op het podium. Liza verstaat haar vak en zette een show neer die het midden hield tussen een band-optreden en performing art. Het publiek dat wat schuchter achterin de zaal stond werd snel door Liza naar voren gehaald. Een powervrouw met een dijk van een band.  Een goede combinatie van garagerock, arenarock gezoet met een redelijke dosis soul maakte dat deze formatie een duidelijke eigen sound heeft. Vanaf het begin was het duidelijk dat hier muzikanten stonden die iets te vertellen hebben. De stem van Liza Colby was glashelder en kwetsbaar en vormde een prachtig contrast met het voortsnellende drietal van Charly Roth (drums), Alec Morton (bass), en Jay Shepard (gitaar). Wetende dat dit een van de laatste concerten is in een periode waarin de band ruim 150 dagen onderweg is geweest klonk het alsof de tour gisteren was gestart is. The Liza Colby sound is een absolute aanrader.

Foto’s (c) Bart Teunis / Maxazine

Deel: