Volgend jaar (2014) is het 60 jaar geleden dat Elvis Presley zijn eerste grote hit opnam: “That’s All Right”. Dit nummer is geschreven door een van Presley’s favoriete songwriters; Arthur “Big Boy”Crudup. Andere nummers van de hand van Crudup die Elvis opnam zijn onder andere “My Baby Left Me” en “So Glad You’re Mine”. Maar waar Elvis een beroemdheid werd is Crudup altijd in de redelijke anonimiteit gebleven.

Crudup werd geboren in 1904 in Forest, Mississippi, ongeveer een uur rijden van de geboorteplaats van Robert Johnson’s in het hart van de Mississippi Delta. Onder zijn tijdgenoten waren Mississippi Fred McDowell, Bukka White, Big Joe Williams en John Lee Hooker. Hij leefde net als veel zwarte mannen in het Zuiden in de vroege 20e eeuw, en oefende een verscheidenheid van plattelandberoepen uit om te overleven.

In 1939 verhuisde Crudup, net als zoveel andere zwarte muzikanten, naar Chicago om daar zijn geluk te beproeven. Lester Melrose, blues fan en RCA / Bluebird muziek producer, was het die hem in 1941 ontdekte. Voor RCA nam hij diverse platen op en toerde hij door het hele land, met name de zwarte steden in het zuiden, met Sonny Boy Williamson II en Elmore James. Na een geschil met Melrose over royalty’s keerde Crudup terug naar Mississippi, ging smokkelen, en verhuisde later naar Virginia, waar hij woonde en werkte als muzikant en arbeider. In de jaren ’60 kwam hij terug om uit uiteindelijk in 1967 terecht te komen bij het Delmark label. Voor Delmark nam hij op 10 november 1969 een sessie op die nu, 44 jaar later, in de archieven herontdekt zijn en als “Sunny Road” op cd zijn uitgebracht.

Deze sessie werd opgenomen met andere “grote” (sessie) muzikanten, zoals Jimmy “Fast Fingers” Dawkins op gitaar, Mark Tompson op bass en Willie “Big Eyes” Smith op drums. Saillant detail is dat Crudup zijn gitaar versterkte met een Leslie speaker, welke vooral bekend is als speaker van Hammond orgels en wat het effect geeft of je een soort van elektrisch kerkorgel hoort. Een ander zeer belangrijk detail is dat Crudups vrouw kort voor deze sessie kwam te overlijden. De pijn en angst die dat met zich mee bracht hoor je over de gehele plaat, maar vooral in afsluiter “All I Got Is Gone” waarin hij deze pijn bijna uitschreeuwt.

Wat mij betreft mag Delmark haar archieven nog verder uitdiepen want deze sessie is voor de bluespuristen puur smullen geblazen. Ik ben dan ook zeer benieuwd wat ze in de toekomst nog meer gaan opduiken.

Deel: