Bush, is dat niet die band van die jaren negentig grunge-hits ‘Glycerine’ en ‘Everything Zen’? Yep, en Gavin Rossdale heeft met zijn inwisselbare bandleden na een sabbatical van tien jaar (van 2001 tot 2011) ook gewoon nog stug albums uitgebracht hoor; echter vooral bekend bij een select groepje fans. Al lusten ze er in Amerika nog altijd pap van, gezien zijn bijna jaarlijkse tours daar in redelijk forse zalen. Met deze ‘I Beat Loneliness’ brengt Bush zijn tiende studioalbum uit. En het mag gezegd worden, deze is zowaar prima te verteren! Al blijven echte verrassingen uit; het is een geslaagde ‘trip down memory lane’ geworden.
Waar de vorige albums een nogal opzichtige poging waren om oude tijden te doen herleven – wat vooral resulteerde in tamelijk saaie, doorsnee songs waarbij het lastig wakker blijven was – bevat deze plaat zowaar een aantal uitschieters die tot de betere Bush-songs behoren. Het materiaal is te verdelen in grunge-volgens-het-iets-te-
De echte parels zijn wel degelijk te vinden. Opener ‘Scars’ begint als Van Halen’s ‘Why Can’t This Be Love’, maar krijgt al snel een eigen smoel middels een spannende opbouw en heerlijk explosief refrein. Gavins wat eentonige stemgeluid is nauwelijks aan sleet onderhevig. Ook de navolgende, van een heerlijk vette riff voorziene titelsong en de prachtige, deels elektronische single ‘The Land of Milk and Honey’ zijn aangename oorwurmen. Met name die tweede was 30 jaar terug een geheide hit geweest. Dat zelfde geldt eigenlijk ook voor tweede single ‘60 Ways To Forget People’: rustige coupletten, afgewisseld met zo’n uitbundig meebrulrefrein. ‘We’re All the Same on the Insight’ volgt dezelfde opbouw, maar beklijft net wat minder.
Gelukkig wordt er af en toe gas teruggenomen. Met het catchy ‘Everything is Broken’ probeert Rossdale iets te opzichtig zijn ‘Glycerine’ te herleven. Je weet wel, een emotioneel zingende Gavin op een bedje van fuzzy elektrische gitaren zonder drums. Maar ik trap er in, heerlijke song! Het té modern klinkende ‘Don’t Be Afraid’ weet de gevoelige snaar dan weer niet te raken. Maar de afsluitende, en mooi emotievol gezongen ballad ‘Rebel with a Cause’ lukt dat gelukkig wel, eind goed al goed!
Rossdale heeft duidelijk en hoorbaar nieuwe inspiratiebronnen aangeboord tijdens het songschrijven. Het resulteert in een prima feelgood-album, zeker als je deze vergelijkt met de vorige drie. De warme en moderne productie van Erik Ron (Godsmack en Panic! At The Disco) doet de rest. De originaliteitsprijs zal hij er niet mee winnen, laat staan dat het oude successen zal doen herleven, maar het luistert heerlijk weg. De herkenbaarheid voelt als een oude vriend die je na jaren weer tegenkomt: vertrouwd, maar toch gezellig. Ach, nostalgie heeft zo zijn voordelen. Nu weer eens in Europa komen spelen heren! (7/10) (EarMusic)