Zes jaar na het album van And Also The Trees, ‘Born Into the Waves’, is er nu de opvolger ‘The Bone Carver’. Een nieuw pareltje in het juwelenkistje van de Britse plattelandsjongens die in 1979 een punkband vormden. En sindsdien zijn uitgegroeid naar een unieke band met een uniek geluid. “We zijn meer kunstenaars die muziek maken, dan muzikanten die kunst maken.”

Sinds het gelijknamige debuut in 1984 is ‘The Bone Carver’ het vijftiende studio album. Ook nu is er weer veel tijd in gestoken. Simon Jones, de charismatische zanger, heeft een simpele verklaring: “Het duurt gewoon lang voordat we tevreden zijn.” Hij zat zelfs zo diep in het creatieve proces dat hij nog niet weet of hij echt trots mag zijn op het resultaat. “Ik kan er over een maand of zes weer naar luisteren. Dan weet ik het pas, met een fris gehoor.” Hij lacht, maar is serieus. “Begrijp me goed: ik hou van alle nummers, anders waren ze niet op het albums gekomen. En de reacties van bekenden en de pers zijn tot nu toe ook goed… “

Op het eerste gehoor lijkt het nieuwe ‘The Bone Carver’ op hun vorige album. Simon beaamt dat, maar “And Also The Trees evolueert altijd, langzaam maar toch, op zijn eigen manier.” Daarnaast is er ook fysiek iets veranderd. “We spelen nu met twee nieuwe mensen: Grant Gordon op bas en Colin Ozanne op klarinet, gitaar en keys. Dit vers bloed doet natuurlijk ook iets met de band: Ze kijken toch op een andere manier naar onze muziek en hebben hun eigen interpretaties.” Simon praat duidelijk en doordacht. ”En soms is het ook wel moeilijk om met ons te werken.” Hij doelt op Justin, de gitarist en tevens zijn broer, waarmee hij de band startte. En op drummer Paul Hill die er in 1997 bijkwam. En natuurlijk ook op hemzelf. “We zijn niet muzikaal geschoold. We hebben alles zelf geleerd als ex-punkmuzikanten, terwijl Grant en Colin wel muzikaal opgeleid zijn… Ja, het is soms een andere manier van werken, maar het klikt.”

Op ‘The Bone Carver’ is de thematiek iets is verschoven in vergelijking met de meeste voorgangers. “Van de landschappelijke observaties naar een bredere menselijke focus op ‘The Bone Carver’.” Volgens Simon was dat geen bewuste keuze: “Dat ging bijna vanzelf. Ik voelde het in de muziek… Of misschien wel gewoon in mijzelf. Dat ik onbewust meer aandacht had voor mensen en de relaties tussen hen. En de ruimte die zij innemen, letterlijk en figuurlijk.” Een verklaring voor deze plotse aandacht heeft hij niet. “Nee, er was geen Corona; Het grootste deel van het album was toen al gereed. En echt grote veranderingen in mijn persoonlijke leven had ik toen ook niet. Maar het is misschien omdat ik ergens anders woon. Genéve is toch een afstand van de rest van de jongens in Engeland.”

De geografische spreiding is ook één van de reden voor de geringe optredens in de afgelopen jaren. “Net als de huiselijke beslommeringen, je hebt kinderen, een huishouden.” In 2022 hadden de heren een kleine tour door de UK en Europa. In clubs, zoals het door Simon geroemde optreden in het Belgische Luik (Liége) op 17 juni. “I loved that gig. Ik weet niet wat er gebeurde, maar het was ‘marvellous’. We speelden zeker goed, maar het was vooral het publiek, die positieve vibe, die ze ons gaven.”

Daarnaast stond de band op verschillende festivals. Maar waar hoort And Also The Trees nu eigenlijk thuis? “Ik weet nooit tot welk genre we echt behoren. We speelden dit jaar op het WGT festival in Leipzig (Wave Gotic Treffen). We passen daar niet echt tussen, maar ze de waardeerden onze show, en ze kenden ons al. Ik was eerlijk gezegd verbaasd. En een new wave festival? Waarom niet? Het enige waar we ons niet thuis voelen is de postpunk…” Dit vraagt om een nadere uitleg, gezien de historie van de band. “Ja, we zijn begonnen in de punk. Dat was onze mogelijkheid om op een podium te klimmen en lawaai te maken. Maar na de punk, wat doe dan? We hadden een band en we hadden instrumenten. Maar we wisten echt niet waar het heen zou gaan. Er was niet eens een scene voor.” Ze konden in feite doen wat ze wilden. ”En dat is voor mij echte postpunk!” Dat was ergens in de jaren ’80 van de vorige eeuw. “Anderen zaten in dezelfde situatie: The Cure, Joy Division, Echo and the Bunnymen. Wat te doen na de punk? We zijn alle vier een andere richting uitgegaan, vanuit dezelfde basis. Het werd daardoor muzikaal heel breed. De postpunk van vandaag de dag is juist weer heel smal.” Waardoor het de interesse van Simon heeft verloren. “Het is mooi voor bands die erin starten, maar wij zijn dat stadium ontgroeid.”

Terug naar het nieuwe album, dat het predicaat postpunk dus niet mag hebben. Ook op ‘The Bone Carver’ komen de lyrics van Simon. “Waarbij ik me als altijd laat inspireren door de gitaarlijn van Justin, waarop we de songs verder opbouwen.” Teksten die zich laten lezen en beluisteren als poëzie. “Ik laat ze graag open voor eigen interpretatie. Zeker op dit album. Het zijn in principe korte verhalen die ik in mijn hoofd voor me zie. Justin en ik zijn heel visueel ingesteld. En dan ga ik het verhaal terug brengen tot de basis, met ruimtes ertussen. Net als stills in een films, of foto’s die niet helemaal scherp zijn. Ik laat die ruimte bewust aan de luisteraar om hem vanuit zijn eigen persoon in te vullen. Een hele evenwichtsoefening”, erkent Simon. “om iets te geven maar niet te veel.” Zoveel luisteraars, zoveel interpretaties, zoveel nieuwe verhalen. “Ik vind dat prima. Zo blijft een song ook veel langer in leven… Ja, een song leeft, door die eigen invulling, die ook steeds weer anders kan zijn. Je ontdekt steeds andere dingen. Dat geldt zelfs voor ons. Bijvoorbeeld tijdens een optreden, met de reflectie en de energie van het publiek.” Simon filosofeert verder over hun werk. ”We zijn eigenlijk meer kunstenaars die muziek maken dan muzikanten die kunst maken. Als ik geen muziek kon maken, dan zou ik meer gaan schrijven en fotograferen. Maar gelukkig kan die dingen ook kwijt in And Also The Trees. “

Zo ook in ‘The Bone Carver’, dat deels is opgenomen in Simons Zwitserland, maar ook in London en.. in een sfeervolle, tot concertzaal omgebouwde graanschuur uit de Tudor-periode, gelegen in de Britse Midlands… “Daar hebben we de vocalen en de drums opgenomen.” De heilige geboortegrond van de leden, en van de band zelf, tweeënveertig jaar geleden. “Het is een gewoon heel mooie plek. Voor ons ook speciaal, zeer zeker. Maar we zijn er al vaker geweest. Het is er heerlijk rustig, heel relaxed.”

Het heeft enerzijds een karakteristiek And Also The Trees album opgeleverd. Anderzijds zijn er dus ook elementen die kenmerkend zijn voor nu, anno 2022. Zoals de prachtige opener ‘In A Bed In Yugoslavia’. ”Het is klassiek door zijn dynamiek: het begint kalm en groeit dan naar iets krachtigs en passioneels… om weer heel rustig te eindigen. Als in een echte reis.” En lachend: “Met best mysterieuze lyrics. En het is tegelijk ook wat we nu zijn: met een andere baslijn en met de klarinet als nieuw instrument.” Simon denkt na met de ogen dicht. “En ‘Across The Divide’. Toen we dat nummer schreven voelden we dat we op nieuw muzikaal terrein kwamen. Hoewel het tekstueel een echt And Also The Trees nummer is. Toen ik het terug hoorde, deed het me onbewust aan Virginia Woolf denken.” En dan heb je nog ‘Sun of Kashiva’, de afsluiter… “Daar ben ik echt heel trots op. Het was een moeilijk nummer om te schrijven. Het is onvoorspelbaar waar de song heen gaat, wat de melodie en de stem gaan doen.” Simon ís niet alleen trots, zo klínkt hij ook. “Ik zou graag meer van dat soort songs willen maken.”

Songs als kunststukjes, ontsproten aan het brein van de gebroeders Jones, met inbreng van vers bloed. Met tweeënveertig jaar achter zich en een hele toekomst voor zich. En Simon heeft gelijk: “We zijn eigenlijk meer kunstenaars die muziek maken”.

Livefoto’s (c) Christophe Dehousse

Deel: