Ruben Hein heeft altijd al een gezonde nieuwsgierigheid gehad. Zijn nieuwe album ‘Oceans’ bracht hem zelfs naar de andere kant van de wereld: Antarctica, een dierenwereld waarin de mens te gast mag zijn. “De plaat past precies in wie ik ben, wat ik doe en waar ik van hou. Nu denk ik: “Dat had ik veel eerder moeten doen.” Ruben Hein deelt zijn muzikale liefde voor de natuur.

Het is avond en Ruben zit relaxt op de bank. Tijd voor een goed gesprek. “Ik ben altijd op zoek geweest naar wie ik wil zijn als muzikant. Als je mijn platen op een rijtje zet, dan zou je haast beweren dat het elke keer een andere artiest is. Maar ik kom steeds dichter bij diegene die ik wil zijn, denk ik.” Ruben omschrijft zichzelf lachend een beetje als een fladderaar. “Ik vind heel veel dingen leuk, met als gevolg dat ik ook veel kanten opvlieg. Maar ergens heb ik dat blijkbaar nodig. Ik wil beweging, vooruitgang. Ik ben nieuwsgierig. Dat vind ik ook terug in mijn liefde voor natuur. Noem me maar gewoon een vogelnerd.”

Met een reis naar de Zuidpool ging dan ook een droom in vervulling. “Ik werd uitgenodigd om mee te gaan als ‘artist in residence’: Ruben, ga mee, laat je inspireren, ga schrijven. Zoek die verbinding tussen natuur en muziek.” Het overtrof al mijn verwachtingen.” Hij kan de hele reis nog dromen: “We zijn op de boot gestapt bij het zuidelijkste puntje van Argentinië, bij Ushuaia. Van daar naar de Falklandeilanden: een fantastisch natuur met grote kolonies wenkbrauwalbatrossen, ezelspinguins… Vervolgens zijn we naar South Georgia gegaan. Dat is echt de mooiste plek op aarde. Je stapt daar in de dierenwereld, waar de mens te gast is: overal walvissen, albatrossen en koningspinguïns. En toen naar het Antarctisch schiereiland. In totaal waren we drie-en een-halve week onderweg.” Om zonder enige verhulling van melancholie vast te stellen: “Vandaag, exact twee jaar geleden, op de dag af, stapte ik aan boord…”

“Ik had twee synthesizers en een microfoontje meegenomen, een laptop en notitieboekje, en een heleboel verrekijkers…” Tijdens de reis ontstonden de eerste schetsen, klankbeelden en notities. “Ik ben dat verder gaan uitwerken toen ik weer thuis was. Want laten we wel wezen, als die boot helemaal omsingeld was met walvissen, albatrossen, ijsschotsen en natuurgeweld, dan ging ik natuurlijk niet onder in de kajuit de intellectueel zitten wezen.” Die innerlijke rust vond hij pas als het donker was, daar aan het einde van de wereld. ”Dat was ook een mooie manier om bij de dag stil te staan. Later, thuis, is het allemaal meer gaan indalen. Wat dit voor me betekende en wat ik hiermee wilde.”

Terug in Nederland werden de teksten geschreven. “Elke liedje slaat in meerdere of mindere mate terug op de reis, of op onze worsteling over het klimaat.” In het begin probeerde Ruben er nog letterlijke elementen in te verwerken. “Zo is de eerste zin van ‘Lemaire’: “On the edge we float”, aan de rand van de wereld dobberen we ergens…” Later werden de songs ook abstracter. Maar hoe dan ook, het onderwerp raakt hem en hij probeert ons ook te raken, op zijn eigen persoonlijke en muzikale manier. “We moeten er ons allemaal op een bepaalde manier toe verhouden. Of het de directeur is van Shell, de bakker om de hoek, of jij of ik. Het is heel groot en abstract en ik heb geprobeerd om het menselijk te maken.” Wat bij deze onderwerpen best moeilijk is. “Ja, als je kijkt naar Black Lives Matter of gender equality, dan zijn dat vaak heel persoonlijke verhalen. Daarbij kunnen mensen zich inleven. Maar met klimaat is dat heel abstract. Dan voelen we de urgentie ook minder. En dat snap ik. Dat is heel menselijk. Als dingen niet meer mogen of niet meer goed zijn, dan gaan de hakken in het zand. Het is een logische reactie, maar dat is wat we juist niet moeten. We moeten elkaar op de schouder slaan en zeggen: ja, we zijn hier allemaal debet aan en laten we dit met zijn allen naar een beter plan krijgen. Een beetje utopisch, maar het is fijn voor mezelf dat ik dit, deze worsteling, besproken heb.”

Ondanks alle grootsheid, van de natuur en de mondiale thema’s, is ‘Oceans’ een heel persoonlijke plaat geworden. “Ik probeer het altijd op mezelf te betrekken om het zo herkenbaar voor de luisteraar te maken. Kijk, ik ben altijd een natuurmens geweest, maar dit zette mezelf weer op een andere plek. Ik voelde me zo nietig. Dat is wel een cliché, maar hier klopt hij ook. Zo’n pure ervaring is ook wat ik met muziek heb. Dat is heel intrinsiek bij mij. De euforie die ik voel als ik bepaalde vogels of landschappen zie, is hetzelfde als ik een liedje heb geschreven of op een podium sta. En die ontroering.”

Om je deelgenoot te maken heeft Ruben op ‘Oceans’ niet gekozen voor één stijl. “Je kan maar één keer zingen: “Walvissen zijn mooi” of “We moeten op de barricades, want…” ‘Guard Down’ is zo’n liedje. Maar bij “I Don’t Deserve It’ heb ik het abstracter aangepakt. Daar ga ik als het ware in gesprek met het klimaat of de biodiversiteit. Buiten die epische vergezichten heb ik het ook bij ons zelf gehouden. Zo gaat ’Seatbelts’ over het loslaten van onze routines, van dingen waar we waarde aan hechten. Dat voelt eng, maar is wel noodzakelijk om verder te komen: “To untie all the ties I always relied on, feels like driving without seatbelts.”

De plaat is gemaakt met diverse gevoelens. “Wat het onderwerp ook in zich heeft. Ik ben niet pessimistisch, misschien eerder wat naïef. Maar ik heb wel nog naïeve hoop dat het goed gaat komen.” Zoals Ruben verwoordt in het nummer ‘Art of Living’. “Ja, we weten niet wat er in de toekomst op ons afkomt, maar we kennen de kunst van het leven. Een goede afsluiter van de plaat, dacht ik.”

‘Oceans’ is ook een plaat met een boodschap. “Maar wel een indirecte. Ik houd er niet van om met het vingertje te wijzen. En ik heb al helemaal niet de illusie dat ik de wereld kan veranderen. Ik hoop gewoon dat mensen zich kunnen herkennen in het gevoel dat ik ze mee wil geven.” Daarin trekt hij het breder dan alleen de plaat. Ruben is onder andere een samenwerking aangegaan met Natuurmonumenten. “Voor elk verkocht vinyl wordt een boom geplant. We hebben er ook geen plastic omheen, maar growing paper, geweldig toch?”

Ruben Hein, de milieuactivist? “Nee, ik ben muzikant, ik heb een podium, nou ja, een podiumpje… Laat ik dat gebruiken voor iets waarover ik net zo gepassioneerd ben als over muziek. Ook door aan te schuiven bij radio -en TV programma’s, om het erover te hebben: het is belangrijk, het is gaaf, het is interessant. En het staat dichterbij dan je denkt.“

Ruben Hein vertelt prachtig, in zijn muziek, in zijn shows en ook weer in dit gesprek. Zo beeldend, als een film die zich voor je ogen ontrolt. Niet toevallig wordt de pracht van zijn verhaal, zijn reis, zijn muziek, niet alleen vastgelegd op vinyl, maar binnenkort ook op celluloid. “In maart gaat de film ‘Sounds of the South’ in première. Met zowel nummers van ‘Oceans’ als ook een aantal die het album niet hebben gehaald.” Een film met een verhaal, vastgelegd door goede vriend en cameraman Hubert Neufeld. “De film is wat is je nu in een notendop heb verteld, maar dan uitgesmeerd over zestig minuten.” En met een diepere laag. “Over de connectie tussen muziek en natuur. Maar ook tussen mens en natuur. En wat dat met mij doet.”

De film wordt vast prachtig, maar het blijft een ongelijke strijd: “Op film zien de dingen er al mooi uit, maar in echt is het nog een versnellinkje meer. Bij terugkomst merkte ik pas wat de impact van die reis was. Ik heb dat langzaam kunnen verwerken in die plaat: ‘Oceans’.“ Ruben Hein deelt zijn muzikale liefde voor de natuur.

Foto credits:
Headerfoto (c) Patrick Strouken
Bandfoto (c) Wout van Heck
Overige foto’s (c) YaniPictures

Deel: